This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
5.3 - Volledige verbranding
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp:
JA!
Telefoons in de telefoontas!
Slide 1 - Slide
Planning TL3 - NaSK2 t/m meivakantie
Slide 2 - Slide
Wat is een verbranding?
A
reactie met vlammen
B
reactie met rookontwikkeling
C
reactie met zuurstof
D
reactie met warmte ontwikkeling
Slide 3 - Quiz
Wat is de brandstof in een kaars?
A
de lont
B
het vaste kaarsvet
C
het gasvormige kaarsvet
D
zowel de lont als het gasvormige kaarsvet
Slide 4 - Quiz
Voor een verbranding zijn 3 brandvoorwaarden nodig, welke 3?
Slide 5 - Open question
Leg uit met de branddriehoek waarom een papiertje niet spontaan gaat branden.
Slide 6 - Open question
Bedrijfshulpverlening (BHV)
Slide 7 - Slide
Bij een vlam in de pan krijg je de brand uit door een deksel over de pan te schuiven. Wat is een belangrijk aandachtspunt bij de controle?
A
de pan zo snel mogelijk van het fornuis halen
B
de pan laten staan totdat deze is afgekoeld
C
de pan met een emmer koud water koelen
Slide 8 - Quiz
Om de situatie bij brand te beoordelen, maak je gebruik van de indicatoren bij brand. Wat moet je doen als de hitte buiten de ruimte te bedreigend is?
A
de deur een klein stukje openen en blussen door de deuropening
B
de deur dichtlaten, 1-1-2 alarmeren en ontruimen
C
de deur een klein stukje openen om te kijken of er een slachtoffer is
Slide 9 - Quiz
Bij welke branden mag je geen water als blusstof gebruiken?
A
bij branden met vaste stoffen
B
bij brandende olie of vet
C
bij een in brand staand persoon
Slide 10 - Quiz
Wat is een voordeel van het gebruik van een CO2-blusser?
A
de blusstof CO2 is onbeperkt aanwezig
B
een CO2-blusser heeft een grote worplengte
C
een CO2-blusser veroorzaakt weinig nevenschade
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Slide
Verbranding
Bij een verbranding reageer een brandstof met zuurstof.
Oxiden zijn verbindingen met zuurstof.
CO2, H2O, MgO, FeO, etc.
Slide 13 - Slide
Wat zijn hieronder producten van een verbranding? (meerdere antwoorden mogelijk)
A
H2O
B
NO
C
MgO
D
C3H8
Slide 14 - Quiz
Verbranding van metalen
Bij een verbranding van een metaal is het metaal de branstof.
Bij zo'n reactie zijn de beginstoffen: metaal en zuurstof.
Het reactieproduct: metaaloxide
ps. In wit: het reactieschema (hoofdstuk 3) en in zwart de reactievergelijking (hoofdstuk 4)
Slide 15 - Slide
Calcium reageert met zuurstof, welke stof ontstaat er?
Slide 16 - Open question
Vul de ontbrekende stoffen op de puntjes in. Dizilveroxide is een verbrandingsproduct van ..... en .....
Slide 17 - Open question
Koolwaterstof
Slide 18 - Slide
Volledige verbranding van koolwaterstoffen
De brandstof is de koolwaterstof: CH4, C2H6, C3H8, C4H10, etc.
Bij zo'n reactie zijn de beginstoffen: Koolwaterstof en zuurstof
De reactieproducten zijn: water (H2O) en koolstofdioxide (CO2)
Slide 19 - Slide
Welke stof hieronder is een koolwaterstof?
A
H
B
C
C
CO2
D
C6H12
Slide 20 - Quiz
Als er bij een verbranding koolstofdioxide en water ontstaan wat kun je dan zeggen over de brandstof?
A
de brandstof is een metaal
B
de brandstof is een koolwaterstof
C
de brandstof is een zuurstof
D
de brandstof heeft een hoge ontbrandingstemperatuur
Slide 21 - Quiz
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Video
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Video
Slide 26 - Video
Slide 27 - Video
Slide 28 - Slide
Propeen (C3H6) is een koolwaterstof die in kleine hoeveelheden voorkomt in aardolie. Schijf op een papiertje de reactievergelijking van de verbranding van propeen. Laat zien hoe je hem koppend maakt.
Maak hiervan een foto en plaats deze hier.
Slide 29 - Open question
Heb je vragen over de leerstof?
Slide 30 - Open question
Huiswerk
1. Maken en nakijken opdracht 1 t/m 12 van paragraaf 5.3
2. Maak hier foto's van en lever hier foto's in van blz. 54 t/m 55.
Slide 31 - Open question
Slide 32 - Video
Huiswerk
1. Maken en nakijken opdracht 1 t/m 12 en nu ook 13 t/m 23 van paragraaf 5.3
2. Maak hier foto's van en lever hier foto's in van blz. 54 t/m 55.