31 jan 1A + 1E Fictieles 3

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Als je 

binnenkomt:

BEN IK RUSTIG LOPEND DE KLAS INGEKOMEN?

BEN IK ZONDER LAWAAI TE MAKEN DE KLAS BINNENGEKOMEN?

HEB IK MIJN TELEFOON IN DE TAS GESTOPT?

ZIT IK AAN TAFEL, LIGT MIJN BOEK, SCHRIFT, PEN OP TAFEL?

STAAT MIJN TAS NAAST ME OP DE GROND? 

BEN IK STIL AAN HET WACHTEN TOT DE LES BEGINT?  Zo ja  --> 

Deze week:

- Presentaties fictie opdracht

- Hoofdstuk 2.6 Spreken en luisteren

- Hoofdstuk 2.9 Media en Onderzoek

Deze week ronden we periode 2 af, volgende week beginnen we met periode 3.

Wat gaan we doen vandaag

- Planning maken presentaties

- Werken aan hoofdstuk 2.9

Lesdoelen:

- na deze les weet je wanneer je moet presenteren en wat je nog moet voorbereiden

- je hebt een begin gemaakt met de opdrachten van hoofdstuk 2.9

Fictie opdracht

1. Groepjes vormen

2. Wie moet nog wat doen?

3. Planning maken

4. Herhaling opdracht

Dus wat moeten jullie doen?

1. Hoofdstuk uit Tien Torens Diep lezen

2. Met je groepje samen vragen beantwoorden:

- Welke personages komen in het hoofdstuk voor?

- Wat maken de personages mee?

- Hoe voelen de hoofdpersonages zich bij de gebeurtenissen?

- Hoe zien de personages eruit? --> plaatjes of tekening

- Hoe ziet de omgeving eruit? --> plattegrond of tekening

Presentatie:

Je schrijft de antwoorden op een A3 vel

Ook de tekening/plaatjes/plattegrond.

Je presenteert je A3 vel op dinsdag of woensdag. Tijdens de presentatie geef je antwoord op de vragen, en leg je uit wat je getekend hebt, of welke plaatjes je hebt gezocht. Hoe netter, mooier, leuker het eruit ziet, hoe hoger je cijfer. Neem morgen dus stiften, potloden, alles om het A3 vel mooi te maken mee!

Belangrijk: Hoe werk je samen?

Je krijgt als groepje één cijfer voor de presentatie, dus ieder groepslid krijgt hetzelfde cijfer. Je bent dus afhankelijk van elkaars inzet. Als iemand zich minder inzet dan de ander, kan dit van invloed zijn op het cijfer van alle groepsgenootjes. Doe dus allemaal goed mee. 

1. Wat kun je met Google?

2. Wat kan er misgaan als je Google gebruikt?

Wat kan er misgaan...

1. Je kunt de informatie niet vinden die je zoekt.

2. De informatie die je vindt is niet betrouwbaar. 

Stel je zoekt...

Je wil informatie over koning Arthur in de Middeleeuwen. 

Als je op 'De Middeleeuwen' zoekt, zal je hem dan vinden?

Aan de slag...

Start met opdracht 1 t/m7 

Wat niet af is, is huiswerk voor morgen. 

Evaluatie

• Weet je wanneer je moet presenteren en wat je moet doen?
• Hoe zoek je op google?
• Wanneer is gevonden informatie onbetrouwbaar?