Nederlands Perron 3 woordsoorten lidwoord en zelfstandigwerkwoord

Nederlands 
Perron 3
Woordsoorten: lidwoord en zelfstandig werkwoord
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Nederlands 
Perron 3
Woordsoorten: lidwoord en zelfstandig werkwoord

Slide 1 - Slide

Lesdoel:
Aan het einde van de les kun je lidwoorden en zelfstandige naamwoorden herkennen en benoemen.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Welke woordsoorten ken jij al?

Slide 4 - Mind map

Lidwoorden                                                 de, het, een
Hoort altijd bij een ZN dat erachter staat!

 
= Bepaald lidwoord
= blw
- de + het
Onbepaald lidwoord
= olw
- een
- als je het kunt uitspreken als 'n 
Er kan maar een iemand de winnaar zijn.
Is het een vogel of een vliegtuig?

Slide 5 - Slide

Wat zijn lidwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken

Slide 6 - Quiz

De slimme leerling snapt het niet.
Welk woord is het lidwoord?
A
de
B
slimme
C
het
D
leerling

Slide 7 - Quiz

Zelfstandig naamwoord (ZN)
Namen van zelfstandigheden


- Je kunt er meestal een lidwoord voor zetten
- Je kunt er meestal enkelvoud of meervoud van maken
- Je kunt er meestal een verkleinwoord van maken

- Bijna alles met een hoofdletter is een ZN (namen)

Slide 8 - Slide

ZELFSTANDIG NAAMWOORD




Mensen
docent, meisje, secretaresse, voetballer, bouwvakker, schoonheidsspecialist, bakker...
Dieren
Ezel, lieveheersbeestje, slang, tor, hond, muis, oxelot...
Planten/natuurverschijnselen
Zonnebloem, orkaan, regenbui, zonneschijn, eik, beukenboom...
Dingen/gevoel
Tafel, schrift, fiets, kaasschaaf, geluk, liefde, haat, honger...
(Eigen) namen
Robin, Karel, Mees, Praxis, Amsterdam, Eiffeltoren, Jansen...

Slide 9 - Slide

Wat zijn zelfstandige naamwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken

Slide 10 - Quiz

De slimme leerling snapt het niet.
Welk woord is het zelfstandig naamwoord?
A
slimme
B
leerling
C
snapt
D
de

Slide 11 - Quiz

Noem de zelfstandige naamwoorden in onderstaande zin:

Het eten in de kantine heeft ontzettend lekker gesmaakt.
A
eten, kantine
B
kantine
C
lekker
D
ontzettend

Slide 12 - Quiz

Huis/Thuiswerk
Perron 3 vanaf blz. 39
Opdracht 1, 2, 3, 4, 5

Slide 13 - Slide

Evaluatie
Lesdoelen behaald?
Aan het einde van de les kun je lidwoorden en zelfstandige naamwoorden herkennen en benoemen.
Hoe ging de les? Wat kan er anders?

Slide 14 - Slide


Kies de juiste woordsoort.
Ik fiets nog snel even naar de winkel.
A
Bepaald lidwoord (blw)
B
Onbepaald lidwoord (olw)

Slide 15 - Quiz