18 November

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

• nakijken
• grammar: many / much  /  a little / a few
• zelf studie

   op tafel: boek(59), pen

   geen pen? MV

 Fatsoenlijk zitten & reageren.         

3de waarschuwing = om 08.00 uur melden

uit de les verwijderd verwijderd=1 lesuur terugkomen

By the end of this lesson,

-you've learned 'much, many, a lot of, (a) little, (a) few'

Huiswerk

                      bladzijde  60, opdracht 6       

nakijken

bladzijde 59 / opdracht 3

 kijk mee

  bld. 85

bld. 66

When do you use few/ a few?

Negative sentence: Very few people walk up the mountain. 

*Not enough amount of people walk up the mountain*

Positive sentence: A few people walk up the mountain.

*There are still some people that walk up the mountain!*

When do you use little/ a little?

Negative sentence: She saves little money every month.

*She is not saving enough money*

Positive sentence: She saves a little money every month.

*She is able to save some money every month!*

Self-study tasks

 page 66 & 67 / ex. 9

Niet klaar in de les? - Dan wordt het huiswerk voor morgen!    

Klaar? - Leer de woorden op bld. 83, 84, 85 & 86                            

Self-study tasks

 page 67 / ex. 10

Niet klaar in de les? - Dan wordt het huiswerk voor morgen!    

Klaar? - Leer de woorden op bld. 83, 84, 85 & 86                            

Self-study tasks

page 68 / ex. 11a & 11b

(Lees de tekst op bld. 67)

Niet klaar in de les? - Dan wordt het huiswerk voor morgen!    

Klaar? - Leer de woorden op bld. 83, 84, 85 & 86                            

Let's recap! 

Tell me the difference between much & many

Tell me the difference between a few & a little

Tell me the difference between a few & few  OR a little & little

What about 'a lot of '?