What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Herhaling zinsdelen
Grammatica herhaling
Herhaling zinsontleding
- persoonsvorm
- Werkwoordelijk gezegde
- Onderwerp
- Lijdend voorwerp
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Grammatica herhaling
Herhaling zinsontleding
- persoonsvorm
- Werkwoordelijk gezegde
- Onderwerp
- Lijdend voorwerp
Slide 1 - Slide
Hoeveel zinsdelen zie je hier?
Bij mijn oma speel ik altijd spelletjes.
A
4
B
5
C
6
D
7
Slide 2 - Quiz
Bij mijn oma doe ik altijd spelletjes met mijn nichtje als we daar logeren.
A
5
B
6
C
7
D
8
Slide 3 - Quiz
Hoe kun je persoonsvorm dus ook alweer vinden?
Slide 4 - Open question
Er zijn drie manieren om de persoonsvorm te vinden, welke is NIET juist?
A
Vraagzin maken
B
Tijd veranderen
C
Voorste woord kiezen
D
Getal veranderen
Slide 5 - Quiz
Wat is een persoonsvorm altijd?
A
Lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
werkwoord
Slide 6 - Quiz
Wat is het onderwerp in deze zin?
Petra ruimt haar kleren op.
A
kleren
B
Petra
C
ruimt
D
haar
Slide 7 - Quiz
Wat is het onderwerp in deze zin?
Deze pet heb ik gekregen.
A
pet
B
Deze
C
heb
D
ik
Slide 8 - Quiz
De zus van Dick vertrekt naar het buitenland.
Slide 9 - Open question
Aan de wand hangen een paar posters.
Slide 10 - Open question
werkwoordelijk gezegde?
Hij heeft gisteren zijn pap niet gegeten.
A
hij heeft
B
heeft
C
heeft gegeten
D
heeft zijn pap gegeten
Slide 11 - Quiz
werkwoordelijk gezegde?
Mijn vader wil mijn kamer opnieuw schilderen.
A
wil
B
wil schilderen
C
wil opnieuw schilderen
D
schilderen
Slide 12 - Quiz
Welk zinsdeel wordt hier benoemd?
wordt benoemd =
A
Persoonsvorm
B
Werkwoordelijk gezegde
C
Onderwerp
Slide 13 - Quiz
Wat is de juiste volgorde van zinsdelen benoemen?
A
1. werkwoordelijk gezegde 2. onderwerp 3. zinsdelen 4. persoonsvorm
B
1. persoonsvorm 2. zinsdelen 3. werkwoordelijk gezegde 4. onderwerp
C
1. onderwerp 2. werkwoordelijk gezegde 3. persoonsvorm 4. zinsdelen
D
1. persoonsvorm 2. zinsdelen 3. onderwerp 4. werkwoordelijk gezegde
Slide 14 - Quiz
Lijdend voorwerp (LV)
Je stelt de vraag: wie/wat + wwg + ow?
Het antwoord is het lijdend voorwerp.
Let op: het lijdend voorwerp begint
NOOIT
met een voorzetsel!
Slide 15 - Slide
Lijdend voorwerp (LV)
Het lijdend voorwerp
is het voorwerp dat het onderwerp nodig heeft om de handeling uit te voeren.
Bij sommige werkwoorden bestaat de basiszin uit drie zinsdelen en dan is het derde zinsdeel het lijdend voorwerp.
Vragen: Wat is de handeling? Wie voert de handeling uit? Wat is nodig bij de handeling?
Slide 16 - Slide
Welke opgaven moeten we maken?
Wat is het lijdend voorwerp?
A
Welke opgaven
B
we
C
moeten maken
D
zit er niet in
Slide 17 - Quiz
Onze leraar verzamelt oude lp’s.
Wat is het lijdend voorwerp?
A
Onze leraar
B
verzamelt
C
oude lp's
D
lp's
Slide 18 - Quiz
De verliefde jongen kocht een roos.
Wat is het lijdend voorwerp?
A
De verliefde jongen
B
kocht
C
een roos
D
zit er niet in
Slide 19 - Quiz
Gisteren heeft mijn moeder alle shirts van ons elftal gewassen.
Wat is 'alle shirts van ons elftal'?
A
wwg
B
ond
C
lv
D
az
Slide 20 - Quiz
Aan de slag!
Cursus 5: par.7
Maken de opdrachten
2 t/m 6
Slide 21 - Slide
More lessons like this
27 januari -
January 2023
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Les 5 (21 september 2024)
September 2024
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Secondary Education
Age 12
H2.7 Grammatica - zinsdelen
November 2023
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
1E Les 3 Grammatica
March 2024
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
1HV Blok 3 Grammatica Lijdend voorwerp
January 2023
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Zinsleer - herhaling
March 2022
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Blok 3 Grammatica Lijdend voorwerp
5 days ago
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t, havo, vwo
Leerjaar 1,2
1TL Grammatica lijdend voorwerp 1e
March 2022
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1