Kwartaal 3 les 3: Gebroken akkoorden en omkeringen

Vandaag 24/1
- bespreken huiswerk
- voorlichting bovenbouw muziek?
- uitleg gebroken akkoorden en omkeringen
- oefening aan het keyboard
- zingen 'Don't look back in anger'
- oefenen bandopdracht

1 / 15
next
Slide 1: Slide
MuziekMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1-3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Vandaag 24/1
- bespreken huiswerk
- voorlichting bovenbouw muziek?
- uitleg gebroken akkoorden en omkeringen
- oefening aan het keyboard
- zingen 'Don't look back in anger'
- oefenen bandopdracht

Slide 1 - Slide

Akkoorden: gebroken akkoorden/  liggingen /omkeringen

In deze les ga je dit leren:

  • wat zijn gebroken akkoorden
  • wat is een "ligging" van een akkoord
  • waarom kunnen andere liggingen / omkeringen handig zijn
  • hoe gebruik je omkeringen van een akkoord

Slide 2 - Slide

Hoe maak je akkoorden?
Gebruik minimaal 3 verschillende tonen. 

majeur: vanaf de begintoon: +4 +7
mineur: vanaf de begintoon: +3 + 7

Gebruik altijd de 1e, 3e en 5e letter vanaf de begintoon, 
dus bv. A (b) C (d) E

Slide 3 - Slide

Hoe speel je akkoorden?

  • Alle noten tegelijk spelen
  • De noten na elkaar spelen (gebroken akkoorden)

In bladmuziek staat letterlijk wat je moet spelen, maar als je alleen tekst en akkoordsymbolen hebt, moet je dat zelf uitvogelen.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Bij het spelen van akkoorden zijn er verschillende speelmanieren. Welke speelmanier zie je op de afbeelding?
A
Op de tel gespeeld
B
In een ritme gespeeld
C
Gebroken akkoord
D
Liggend akkoord

Slide 6 - Quiz

Bij het spelen van akkoorden zijn er verschillende speelmanieren. Welke speelmanier zie je op de afbeelding?
A
Op de tel gespeeld
B
In een ritme gespeeld
C
Gebroken akkoord
D
Liggend akkoord

Slide 7 - Quiz

Bij het spelen van akkoorden zijn er verschillende speelmanieren. Welke speelmanier zie je op de afbeelding?
A
Op de tel gespeeld
B
In een ritme gespeeld
C
Gebroken akkoord
D
Liggend akkoord

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Video

Omkeringen
Als je de akkoordtonen in een andere volgorde speelt, verandert het akkoord niet, maar gebruik je een omkering. 
Vraag: waarom kunnen omkeringen handig zijn?

Voorbeeld: het C majeur akkoord (C):
C - E- G
E - G - C
G- C - E


Slide 10 - Slide

In welk schema is alles op de juiste manier overgenomen ?
Welke afbeelding is
GEEN (!)
andere ligging van het
Eb-akkoord hiernaast ?
________________________________________________________________________________________________________________
A
B
C

Slide 11 - Quiz

1

Slide 12 - Video

Opdracht
  • Zoek het chordsheet van jullie gekozen nummer in Musicbox.
  • Zoek in tweetallen uit welke noten je moet spelen bij elk akkoord en schrijf die op (dit heb je vorige week gedaan!)
  • Zoek de logische omkeringen van de akkoorden uit en schrijf die op. Laat zo veel mogelijk vingers op dezelfde plek staan en zoek de resterende noten zo dichtbij mogelijk.
  • Ga naar een keyboard en speel de akkoorden tegelijk of gebroken. Probeer het liedje erbij te zingen!

Slide 13 - Slide

01:53
Houd bij het spelen van akkoorden rekening met de vingerzetting:

Als je akkoorden speelt op een piano / keyboard
speel je de MEEST LINKER TOETS
altijd met je DUIM.

Slide 14 - Slide

Huiswerk
- Ga naar de box 'akkoorden' en maak 1.1 t/m 1.4 en 2.1 t/m 2.4
- Maak een screenshot van het refrein van een nummer dat je leuk vindt (tekst & akkoorden)
- eigen partij bandnummer oefenen

Slide 15 - Slide