Les 57, 58, 59 en 60 Herhaling Lezen & Woordenschat P3

Welkom!
Les 57, 58, 59 en 60 
Herhaling TL1
Periode 3
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom!
Les 57, 58, 59 en 60 
Herhaling TL1
Periode 3

Slide 1 - Slide

Vandaag
- Herhaling stof les 57, 58, 59 en 60
- Oefenen met zinnen maken
- Alle vragen die je hebt stellen over de toetsstof

Slide 2 - Slide

Wat is de toetsstof?
Les 57, 58, 59 en 60
Leer de woordjes van alle lessen (door zinnen te maken met de woordjes).
Leer de theorie van alle lessen.
Check of je de leerdoelen kent (zie boek bovenaan iedere les / studiewijzer).
Maak de opdrachten en kijk alle opdrachten na. 

Slide 3 - Slide

Waar gaan de lessen ook alweer over? (Ben zo specifiek mogelijk.)

Slide 4 - Mind map

Noem de vijf tekstverbanden die in les 58 en 59 zijn behandeld.

Slide 5 - Open question

Op de volgende dia's staat een tekst. 
Daarbij worden vragen gesteld.

Slide 6 - Slide

LUIAARDMOEDER BREEKT RECORD MET NEGENDE JONKIE
Luiaards staan bekend als dieren die de hele dag op hun kop aan een tak hangen en verder weinig doen. Maar luiaardmoeder Amanka uit Dierenpark Amersfoort is een stuk drukker. Zij heeft deze week haar negende jong gekregen. En dat is een record.

Amanka en haar partner Quasimodo zijn met hun negen jonkies het succesvolste koppel van Europa. ‘De kleine luiaard ontdekt vanaf de buik van de moeder rustig de nieuwe omgeving’, vertelt verzorgster Christel.




Slide 7 - Slide

Ondersteboven
Luiaards worden ondersteboven geboren en klimmen daarna meteen op de buik van de moeder. Het is nog niet bekend of het een jongen of een meisje is, want dat is bij luiaards aan de buitenkant niet te zien. ‘Over een aantal maanden zal de luiaard zelf op onderzoek gaan en zelfstandig leren hangen. Dan pas kunnen wij een haartje nemen en het op laten sturen voor DNA-onderzoek om het geslacht te kunnen bepalen’, vertelt Christel.

Slide 8 - Slide

Omdat Dierenpark Amersfoort door corona nog dicht is, is het kleintje voorlopig nog niet te bewonderen. Wel zette de dierentuin vast een filmpje online.
 
Naar: Kidsweek
Door: Nathalie Strijker
18 maart 2021

Slide 9 - Slide

Wat is het onderwerp van deze tekst?

Slide 10 - Open question

Welke twee tekstdoelen zouden bij deze tekst kunnen passen?
A
informeren + overtuigen
B
informeren + activeren
C
informeren + amuseren
D
amuseren + activeren

Slide 11 - Quiz

Leg uit waarom deze twee tekstdoelen het meest passend zijn.

Slide 12 - Open question

In de inleiding staat een tegenstelling. Aan welk signaalwoord kun je dit tekstverband herkennen?

Slide 13 - Open question

Welke twee dingen worden tegenover elkaar gezet?

Slide 14 - Open question

Onder het kopje 'ondersteboven' staat in de eerste zin ook een tekstverband. Welk tekstverband herken je hier?
A
oorzaak/reden-gevolg
B
tegenstelling
C
tijd
D
opsomming

Slide 15 - Quiz

In deze alinea staat ook voorbeeld van een tekstverband met een 'oorzaak-gevolg'.
Aan welk signaalwoord herken je dit tekstverband?

Slide 16 - Open question

Wat is de oorzaak? Wat is het gevolg?

Slide 17 - Open question

In deze alinea vind je ook nog het tekstverband doel-middel. Aan welk signaalwoord kun je dit herkennen?

Slide 18 - Open question

Wat is het doel? Wat is het middel?

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Video

Geef minimaal drie signaalwoorden die een opsomming aanduiden.

Slide 21 - Open question

Maak een zin met het woord: gebruikelijk

Slide 22 - Open question

Maak een zin met het woord: grillig

Slide 23 - Open question

Maak een zin met het woord: bergen

Slide 24 - Open question

Les 57, 58, 59, 60 
Reflecteer op jezelf:

Welk cijfer zou je jezelf geven voor het beantwoorden van deze vragen?
Aan welke onderdelen moet je nog meer aandacht besteden?

Slide 25 - Slide

Leerdoelen 
- Je leert tekstverbanden herkennen met behulp van signaalwoorden.
- Je leert hoe je de tekstverbanden tijd, opsomming, tegenstelling, oorzaak-gevolg en doel-middel in teksten herkent en gebruikt. 
 - Je kunt het onderwerp van een tekst benoemen.
- Je kunt het tekstdoel van een tekst benoemen. 

Slide 26 - Slide