Thema 5: Vakantie - Belangrijke woorden

Thema : VAKANTIE
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Thema : VAKANTIE

Slide 1 - Slide

Welke vakantie past het best bij jou?

Slide 2 - Slide

 Belangrijke woorden

Welke woorden kennen we al rondom het thema: vakantie

Slide 3 - Slide

Wij moesten de vakantie annuleren.

Wat is annuleren?
A
Afzeggen
B
Regelen
C
Uitzoeken
D
Bekijken

Slide 4 - Quiz

Je moet even bellen om te bevestigen.

Wat is bevestigen?
A
Regelen
B
Vragen
C
Aangeven dat het doorgaat
D
Aangeven dat het niet doorgaat

Slide 5 - Quiz

In Parijs bezichtigen we de Eiffeltoren.

Wat is bezichtigen?
A
Beklimmen
B
Beschilderen
C
Bezoeken
D
Bekijken

Slide 6 - Quiz

Wij boeken een hotel in Madrid.

Een ander woord voor: boeken.
A
Reserveren
B
Regelen
C
Bevestigen
D
Annuleren

Slide 7 - Quiz

Even controleren of mijn paspoort in mijn tas zit.

Wat is controleren?
A
Uitpakken
B
Inpakken
C
Bekijken
D
Nakijken

Slide 8 - Quiz

Wat zie je?
A
De koffers
B
De bagage
C
Het toerisme
D
Het visum

Slide 9 - Quiz

De plaats waar je heen gaat, noemen we de ...
A
de valuta
B
de bestemming
C
de brochure
D
het budget

Slide 10 - Quiz

Wat zie je hier?
A
de excursie
B
het toerisme
C
de douane
D
de vaccinatie

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Video

Tijdens de excursie zagen we walvissen.
Wat is een excursie?
A
een uitstapje
B
een vakantie
C
een reis
D
een bestemming

Slide 13 - Quiz

Er staat een fout in de routebeschrijving.
Wat is routebeschrijving?
A
Uitleg over de bezienswaardigheden
B
Uitleg over het land
C
Uitleg hoe je moet reizen
D
Uitleg over het geld

Slide 14 - Quiz

Wat zie je hier?
A
De valuta
B
De vaccinatie
C
Het visum
D
De excursie

Slide 15 - Quiz

Wat is genieten?
A
Ergens plezier aan beleven
B
Ergens zin in hebben
C
Ergens over na denken
D
Ergens iets regelen

Slide 16 - Quiz

Ik neem volgende week verlof op bij mijn baas.
Wat is verlof?
A
Werkdagen
B
Vrije tijd
C
Extra werkuren
D
Ontslag

Slide 17 - Quiz

Zonder geldig visum kom je China niet in.
Wat is een visum?
A
Koffers
B
Paspoort
C
ID-kaart
D
Toestemming om in dat land te reizen

Slide 18 - Quiz