Hallo! Hoe laat begin jij op
(dag)?
Wij hebben (vak). Et jij?
Vind jij (vak) leuk?
Wat is je lievelingsvak?
Dat is (vak)
Heb jij huiswerk?
Tot gauw?
Hallo! Ik begin om
(tijd).
Wij hebben (vak).
Ik heb een hekel aan (vak).
Dat is (vak)
En jij? Wat is jouw lievelingsvak?
Ja, ik heb huiswerk voor (vak)
Het is voor (dag). Tot ziens!