Leespad beste vrienden voor altijd wb p. 22-26

Leespad beste vrienden voor altijd wb p. 22-26

Wat weet je nog
over het verhaal?

Lees de tekst p. 22-23-24

Wat krijgt de mama van Fati aan het begin van het verhaal?

1. een bericht
2. een mail
3. een brief

Wat schrijft Fati op het briefje voor Felix ?

Waar legt Fati het briefje voor Felix?

1. aan de voordeur
2. in zijn brievenbus
3. in de boomhut
4. in de klas

Wat stopt er voor de deur van Fati?

Wie stapt er uit de auto?

1. een oude meneer
2. de politie
3. een brandweerman
4. een jongeman

Wat heeft de jongeman vast?

1. een doos
2. een step
3. niets
4. een hond

Wie denkt Fati dat er in de doos zit?

1. een cadeau
2. Moor

Wat doet Fati als ze de man en de doos ziet?

1. Ze rent de straat op zonder te kijken.
2. Ze roept haar mama.
3. Ze blijft gewoon staan.
4. Ze belt naar Felix.

Fati belt naar Felix. Ze weten waar Moor is. Samen gaan Felix en Fati zoeken bij het zwembad maar daar vinden ze alleen een andere kat.

1. juist
2. fout

Fati krijgt een sms. Moor is gevonden. Zij en Felix gaan samen zoeken naar Moor bij het zwembad. Daar is een man met een doos.

1. juist
2. fout

Fati laat een briefje achter voor Felix. Moor is misschien gezien aan het zwembad. Samen gaan ze zoeken. Als ze bij hun huis komen zien ze een jongeman met een doos.

1. juist
2. fout

Kijk naar de foto op p. 26.
Waarom denk jij dat Moor in een doos zit?

Ik vond de les ....

😒🙁😐🙂😃