Zeg: ‘De wind waait voor… {Iedereen die een huisdier heeft}. Dit is een soort stoelendans. Je moet opstaan en een nieuwe plek zoeken als de uitspraak waar is voor jou.
Slide 2 - Slide
This item has no instructions
Omschrijf en teken na!
Je mag niet benoemen WAT het is, je mag alleen omschrijven.
Slide 3 - Slide
This item has no instructions
Slide 4 - Slide
This item has no instructions
Slide 5 - Slide
This item has no instructions
Slide 6 - Slide
This item has no instructions
Slide 7 - Slide
This item has no instructions
Slide 8 - Slide
Oefening 1 - Drie op een rij
Bij de drama oefening ‘Drie op een rij’ gaan drie leerlingen in een rijtje staan. Zij nemen een bepaalde houding aan en blijven bevroren staan. Een vierde leerling observeert deze drie personen goed en verlaat dan het lokaal. De drie leerlingen die bevroren in een rijtje staan veranderen nu iets aan hun houding. Dit kan bijvoorbeeld een gezichtsuitdrukking, kledingstuk, de volgorde of de houding zelf zijn. De leerling die het lokaal heeft verlaten wordt nu weer binnengeroepen en krijgt een aantal seconden om op te merken wat er aan het ‘standbeeld’ veranderd is.
Het kortste sprookje!
timer
2:00
Slide 9 - Slide
studenten beelden uit.
Ik lees een sprookje voor en de studenten beelden de personages en handelingen uit.
= improviseren, uit comfortzone, creatief, inlevingsvermogen, loslaten etc.