les 17 20-11-2024 K2 der Artikel

Les 17 20-11-2024
1 / 20
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Les 17 20-11-2024

Slide 1 - Slide

This item has no instructions


Herzlich Willkommen
beim Deutschunterricht

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wie wir zusammen arbeiten
  • Voor Duits heb je bij je: boek A, etui, laptop

  • We praten zoveel mogelijk in het Duits

  • We luisteren naar elkaar

  • Bij vragen steken we ons arm omhoog





Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Lessonup
klascode
 iuafv







Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Klassensprache

Kann ich auf die Toilette gehen, bitte?
Darf ich zur Toilette gehen, bitte?




Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Klassetaal/ Klassensprache

Slide 6 - Slide

bestand uitdelen, doorsturen.
Voor de volgende les 1 tot en met 10 kennen.

Klassensprache 11 bis 20

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Lernziel
- Je kunt vragen over je toets beantwoorden.
- Je kunt vragen over een tekst beantwoorden.
-Je kent de regels voor het onzijdige lidwoord in het Duits.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Startopdracht
Probeer deze uit te spreken: Ik vraag straks willekeurig iemand.

Der Zungenbrecher:
"Blaukraut bleibt Blaukraut und Brautkleid bleibt Brautkleid."​


(Blauwzuurkool blijft blauwzuurkool en bruidsjurk blijft bruidsjurk.)


timer
2:30

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Prüfung besprechung
Am 20. November wird die Prüfung besprochen und wird die Note definitiv.

Slide 10 - Slide

Groepswerk. Ze kijken bij elkaar het huiswerk na. Overleg met 4 personen of je het goed hebt gemaakt. Bij verschillen overleg je met elkaar en vraag het juiste antwoord bij de docent.
Besprechen Aufgaben
K2, Teil E, Aufgabe 19, 20, 21, Seiten 60-61 (afmaken)
K2, Teil D Aufgabe 18, Seite 59 (afmaken)
K2, Teil E, Aufgabe 22, Seite 61
K2, Teil F, Aufgabe 28, Seite 65

Antwoorden staan op bord, controleer het werk van je buurman/vrouw

Slide 11 - Slide

In tweetallen de opdrachten bespreken.
Vraag klassikaal hoe leerlingen de kerstvakantie doorbrengen. Wordt er een alternatief gevierd voor Kerst?
DE LIDWOORDEN
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
der
die
das
die
Het lidwoord van het meervoud is altijd die

ein (een) is een onbepaald lidwoord

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Mannelijke woorden
Lidwoord = der

Hoofdregels:


1. Mannelijke personen 
der Vater, der Opa
2. Mannelijke dieren
der Stier, der Bär
3. Mannelijke beroepen
der Lehrer, der Pilot
4. Maanden, dagen, seizoenen
der Januar, der Montag, der Sommer

Slide 13 - Slide

Geef ook voorbeelden uit de woordenlijst.
der Lehrer

Vrouwelijke woorden
Lidwoord = die

Hoofdregels:


1. Vrouwelijke personen
die Mutter, die Schwester
2. Vrouwelijke dieren
die Bärin, die Kuh
3. Vrouwelijke beroepen (eindigen vaak op -in)
die Lehrerin, die Friseurin
4. Woorden die eindigen op -e
die Adresse, die Schule
5. Woorden die eindigen op -heit, 
-keit, -schaft, - ung, -ion. 
die Einheit, die Freundlichkeit, die Freundschaft, die Wohnung, die Information

Slide 14 - Slide

Voorbeelden uit de leerlijst:
die Schule (eindigt op -e)
Onzijdige woorden
Lidwoord = das

Hoofdregels:


1. "het-woorden" in het Nederlands
das Hotel, das Buch
2. Verkleinwoorden op -chen
das Mädchen
3. Verkleinwoorden op -lein
das Fraulein

Slide 15 - Slide

Voorbeelden uit de leerlijst:
das Heft (het schrift)
das Gymnasium 
Selbstständig arbeiten
K2, Teil E, Aufgabe 22, Seite 61
K2, Teil F, Aufgabe 28, Seite 65
timer
10:00

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Welcher Artikel?
männlich = aufstehen
weiblich = arm heben
sächlich = sitzen bleiben

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Selbst einen Adventkalender basteln
De 4 weken voor kerst heten Adventstijd.
Jij gaat een adventskalender maken met papier en wol.

Je maakt 24 kaartjes en versiert deze, zo creatief mogelijk.
aan elk kaartje hang je een draad, zodat je het kaartje op kan hangen. Op de voorkant zet je in het Duits de cijfers 1 tot en met 24.
Op de achterkant een woord, recept, plaatje waaraan jij denkt bij Duitsland.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Hausaufgaben
Lernen:
Lernliste A, NL-D en D-NL, Seite 76 linker rijtje helemaal

Machen: 
K2, Teil E, Aufgabe 22, Seite 61
K2, Teil F, Aufgabe 28, Seite 65


Slide 19 - Slide

This item has no instructions


Auf Wiedersehen 

Slide 20 - Slide

This item has no instructions