ik ben lekker stout

ik ben lekker stout
1 / 10
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisBasisschoolGroep 5

This lesson contains 10 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

ik ben lekker stout

Slide 1 - Slide

Annie M.G. Schmidt was een beroemde schrijfster uit Nederland. Ze werd geboren op 20 mei 1911 in een dorpje genaamd Kapelle. Toen ze klein was, hield Annie al van lezen en verzon ze graag haar eigen verhalen. Later ging ze werken in bij een krant, en toen begon ze zelf boeken te schrijven.

Annie’s verhalen zijn heel bijzonder, want de mensen in haar boeken zijn vaak een beetje eigenwijs. Ze doen niet altijd wat anderen willen, maar volgen hun eigen ideeën. Bijvoorbeeld Jip en Janneke, twee vriendjes die samen spelen en altijd grappige dingen beleven. Of Pluk van de Petteflet, die met zijn rode kraanwagen rondrijdt en eigenwijze dieren en mensen helpt. Otje is ook een eigenwijs meisje dat samen met haar vader avonturen beleeft en altijd zegt wat ze denkt.
Annie vond dat kinderen boeken moesten hebben die leuk en grappig waren. Ze wilde dat kinderen ook een beetje eigenwijs durfden te zijn, net als de mensen in haar boeken. Ze schreef ook liedjes en toneelstukken, en ze won een grote prijs voor haar werk, de Hans Christian Andersenprijs.
Annie stierf in 1995, maar haar boeken worden nog steeds door veel kinderen gelezen. Haar verhalen blijven leuk, omdat de mensen zo eigenwijs en grappig zijn.




Slide 2 - Slide


Annie vond dat kinderen boeken moesten hebben die leuk en grappig waren. Ze wilde dat kinderen ook een beetje eigenwijs durfden te zijn, net als de mensen in haar boeken. Ze schreef ook liedjes en toneelstukken, en ze won een grote prijs voor haar werk, de Hans Christian Andersenprijs.
Annie stierf in 1995, maar haar boeken worden nog steeds door veel kinderen gelezen. Haar verhalen blijven leuk, omdat de mensen zo eigenwijs en grappig zijn.




Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

En dat is alles wat ik wil
en als ze kwaad zijn zeg ik: Bil.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Jantje zag eens pruimen hangen,
O! als eijeren zo groot.
’t Scheen, dat Jantje wou gaan plukken,
Schoon zijn vader ’t hem verbood.
Hier is, zei hij, noch mijn vader,
Noch de tuinman, die het ziet:
Aan een boom, zo vol geladen,
mist men vijf zes pruimen niet.
Maar ik wil gehoorzaam wezen,
En niet plukken: ik loop heen.
Zou ik, om een hand vol pruimen,
Ongehoorzaam wezen? Neen.
Voord ging Jantje: maar zijn vader,
Die hem stil beluisterd had,

Kwam hem in het loopen tegen,
Voor aan op het middelpad.
Kom mijn Jantje! zei de vader,
Kom mijn kleine hartedief!
Nu zal ik u pruimen plukken;
Nu heeft vader Jantje lief.
Daarop ging Papa aan ’t schudden
Jantje raapte schielijk op;
Jantje kreeg zijn hoed vol pruimen,
En liep heen op een galop.


Slide 10 - Slide