3.6 - Ik kan webadressen gebruiken.
3.7 - Ik kan de zoekmachine in een applicatie gebruiken.
3.8 - Ik kan een zoekmachine op internet gebruiken.
3.9 - Ik kan programma's op internet gebruiken, bijvoorbeeld het programma van mijn opleiding of werk.
3.10 - Ik kan informatie selecteren.