herhalen politieke stromingen en verkiezingen

Bij welke politieke stroming hoort deze persoon?
A
Liberalen
B
Rooms-Katholieken
C
Aanhangers van de koning
D
Socialisten
1 / 35
next
Slide 1: Quiz
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Bij welke politieke stroming hoort deze persoon?
A
Liberalen
B
Rooms-Katholieken
C
Aanhangers van de koning
D
Socialisten

Slide 1 - Quiz

This item has no instructions

Wat wilden de socialisten?
A
Zo min mogelijk bemoeienis van de overheid
B
Meer invloed van de kerk
C
Algemeen Kiesrecht
D
Meer invloed van de koning

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Wat wilden feministen?
A
Koninkrijk met een grondwet
B
Dezelfde rechten voor vrouwen als voor mannen
C
Vakbonden voor arbeiders
D
Algemeen kiesrecht voor mannen

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Deze groep wil invoering van sociale wetten
A
Liberalen
B
gelovigen
C
Feministen
D
arbeiders

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Sociale wetten

A
Wetten die de leef- en werkomstandigheden van arbeiders verbeteren.
B
Wetten die er voor zorgen dat arbeiders beter samenwerken.
C
Wetten die zorgen dat fabriekseigenaren meer rechten krijgen.
D
Wetten die de relatie tussen overheid en arbeiders vastleggen.

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Deze groep wil dat alleen rijke burgers stemmen
A
socialisten
B
Liberalen
C
confessionelen
D
feministen

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Deze groep wil algemeen kiesrecht
A
Socialisten
B
Liberalen
C
Feministen
D
Confessionelen

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Wie is dit?
A
Koningin Juliana
B
Koningin Wilhelmina
C
Wilhelmina Drucker
D
Aletta Jacobs

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Liberalen vinden ................... het allerbelangrijkst:
A
gelijkheid
B
vrijheid
C
veiligheid
D
rijkdom

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Socialisten vinden ................... het allerbelangrijkst:
A
gelijkheid
B
vrijheid
C
veiligheid
D
vrije tijd

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

 Zo werken verkiezingen


Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Verkiezingen
  • Een keer in de 4 jaar zijn er verkiezingen
  • Nederland is een democratie dus volk kiest vertegenwoordigers.
  • De vertegenwoordigers nemen namens het volk beslissingen in de Eerste en Tweede Kamer 
  • De Eerste Kamer wordt niet direct gekozen ( 75 zetels) 
  • De Tweede Kamer wordt wel direct gekozen ( 150 zetels)

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

meest recente verkiezingen 
17 maart 2021 Tweede Kamer 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Wanneer mag je stemmen?
18 jaar of ouder
Nederlands paspoort 

Geslacht of inkomen maken tegenwoordig (sinds 1919) niet meer uit. 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Video

This item has no instructions

filmpje
Een nieuw kabinet in twee minuten

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Link

This item has no instructions

Politieke stromingen/ partijen

Liberalen: bv VVD
Confessionelen: bv CDA-CU-SGP
Socialisten: SP-PvdA-GL
One-issue of populistische partijen: PVV- 50Plus, BBB

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Volk
Tweede Kamer

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Volk
Tweede Kamer
Zij controleren de regering
Doen wetsvoorstellen
150 leden

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Volk
Provinciale Staten
Tweede Kamer
Zij controleren het provinciebestuur

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Volk
Provinciale Staten
Eerste Kamer
Tweede Kamer

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Volksvertegenwoordigers
Volk
Provinciale Staten
Eerste Kamer
Tweede Kamer
Parlement

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Volk
Provinciale Staten
Eerste Kamer
Tweede Kamer
Keuren wetsvoorstellen Tweede kamer goed of af
75 leden

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Volksvertegenwoordigers
Bestuurders
Volk
Provinciale Staten
Eerste Kamer
Tweede Kamer
Parlement
Koning
Ministers
Staatssecretarissen

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Volksvertegenwoordigers
Bestuurders
Volk
Provinciale Staten
Eerste Kamer
Tweede Kamer
Parlement
Koning
Ministers
Staatssecretarissen
Regering
Kabinet

Slide 28 - Slide

hjfghjh
Meerderheid
Tweede Kamer: 150 leden/ zetels
Meerderheid is dus de helft + 1 => 75+1=76 zetels

Het is nog nooit één partij gelukt de meerderheid te hebben. 
Partijen moeten dus samenwerken.

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Meerderheid
Heb je de meerderheid, dan kan je regeren.
Zij leveren:
  • Minister-president
  • Ministers
  • Staatssecretarissen

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

zetelverdeling Tweede Kamer oud

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Zetelverdeling nieuw
VVD 35                GL 8
D'66 23                PvdD 6
PVV 17                  CU 5
CDA 15                 JA21 3
SP 9                       SGP 3
PvdA 9                  VOLT 3
FvD 8                     DENK 3              50plus 1     BBB 1         Bij1 1
                                                                 
                                       


Slide 32 - Slide

This item has no instructions

KIESDELER
  1. Aantal uitgebrachte stemmen : 150 = Kiesdeler
  2. Kiesdeler is het aantal stemmen dat je nodig hebt voor één zetel
  3. Bijv: 12.000.000 : 150 = 80.000
  4. 12.000.000= totaal aantal stemmers
  5. 150 = aantal te verdelen zetels.
  6. Kiesdeler= 80.000 stemmen nodig voor 1 zetel!

Filmpje: kiesdeler.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Slide 34 - Video

This item has no instructions

Wet maken
  • Het kabinet of een Tweede Kamerlid doet een wetsvoorstel
  • Vergadering en stemming in Tweede Kamer
  • Meerderheid voor: dan naar de Eerste Kamer
  • Vergadering en stemming in Eerste Kamer
  • Meerderheid voor: dan wordt het een wet

Slide 35 - Slide

This item has no instructions