HST 7 Ademhalingsstelsel

Ademhalingsstelsel
1 / 31
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Ademhalingsstelsel

Slide 1 - Slide

ZZO.3SA
Les 1
Les 2
Week 1
Regels rondom medicatie
Regels rondom medicatie
Week 2
Medicatie werking 
Medicatie werking
Week 3
Hart
A6
Hart ziekten
P6
Week 4
-
Herhaling hart/TM
6
Week 5
Bloed
A6
Bloedgroepen
P6
Week 6
Ademhalingsstelsel
A7
Ziekte luchtwegen
P7
Week 7
Afweersysteem
A9
Ontsteking en infectie
P2
Week 8
Eindopdracht
Opdracht anatomie
Week 9
TM
Eindopdracht

Slide 2 - Slide

MB.3SA
Week 1
Regels medicatie
Week 2
Werking medicatie
Week 3
Hart
6
Week 4
-
6
Week 5
Bloed
Week 6
Ademhalingsstelsel
7
Week 7
Ademhalingsstelsel
7
Week 8
Afweersysteem
9
Week 9
Eindopdracht

Slide 3 - Slide

Leerdoelen
Na de les weet je:
  1. Wat de bouw en functie zijn van de bovenste en onderste luchtwegen.
  2. Hoe de gaswisseling in de longen en in je weefsels plaatsvindt.




Slide 4 - Slide

Voorkennis activeren

Slide 5 - Slide

Wat weet jij al over dit plaatje?

Slide 6 - Slide

Wat weet jij al over dit plaatje

Slide 7 - Slide

Verbranding
Formule van verbranding: ​
Glucose + zuurstof --> koolstofdioxide + water + energie

Glucose halen we uit:                                                    Voedsel
Zuurstof halen we uit de lucht ​                                 Ademhaling
Koolstofdioxide geven we af aan de lucht​          Ademhaling




Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Mondholte
Bovenste luchtwegen
Keelholte
Onderste luchtwegen
Neusholte
Strottenhoofd
Luchtpijp
Luchtpijp- vertakkingen
Longbuisjes
Longblaasjes

Slide 10 - Drag question

Functies neusholte
  1. In de neusholte wordt de lucht ​gezuiverd 
  2. Verwarmd (tot ongeveer 33C)​
  3. Bevochtigd (zodat longweefsel niet uitdroogt)​
  4. Gekeurd (bijv. giftige gassen / rook)

Slide 11 - Slide

Wat gebeurt er met het middenrif (diafragma) als je uitademt?
A
Het gaat omhoog
B
Het blijft vlak
C
Het gaat omlaag
D
Het blijft gebogen

Slide 12 - Quiz

Hoe lang duurt het voordat ingeademde lucht in he kleine teen aankomt?
A
2 sec.
B
2 min.
C
7 sec.
D
7 min.

Slide 13 - Quiz

Wat gebeurt er met het middenrif (diafragma) als je uitademt?
A
Het gaat omhoog
B
Het blijft vlak
C
Het gaat omlaag
D
Het blijft gebogen

Slide 14 - Quiz

Wat gebeurt er met het middenrif (diafragma) als je uitademt?
A
Het gaat omhoog
B
Het blijft vlak
C
Het gaat omlaag
D
Het blijft gebogen

Slide 15 - Quiz

Wat gebeurt er met het middenrif (diafragma) als je uitademt?
A
Het gaat omhoog
B
Het blijft vlak
C
Het gaat omlaag
D
Het blijft gebogen

Slide 16 - Quiz

Hoe lang duurt het voordat ingeademde lucht in he kleine teen aankomt?
A
2 sec.
B
2 min.
C
7 sec.
D
7 min.

Slide 17 - Quiz

Mondholte
  1. Ook voor in/uit ademen​
  2. Voor extra lucht in korte tijd (hijgen / hoesten) ​

Nadelen: missen functies neusholte ​

Belangrijke functie = klankvorming ​
Mondholte = klankkast 




Slide 18 - Slide

Keelholte
  1. De huig: sluit de neusholte af als je voedsel inslikt.
  2. De strottenklep: sluit de luchtpijp af.
In het strottenhoofd zitten de stembanden.





Slide 19 - Slide

Opdracht
Je krijgt een werkblad met 3 keelholtes
1. Teken hoe lucht gaat en wat er met de kleppen gebeurd
2. Teken hoe voedsel gaat en wat er met de kleppen gebeurd
3. Teken wat er gebeurd als iemand zich verslikt

Slide 20 - Slide

Ademhalen, slikken en verslikken

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Luchtpijp (trachea)

  • Ligt voor de slokdarm ​
  • Splitst in twee hoofdbronchiën ​
  • Stevig door kraakbeenstukken ​
  • Bekleed met trilhaarepitheel en slijmvlies ​




Slide 23 - Slide

Bronchiën

Bronchiën gaan naar longkwab​ ​

Bronchiën hebben zelfde bouw als luchtpijp​




Slide 24 - Slide

Bronchiolen
  • Dunne buisjes (doorsnede 1 mm) geen kraakbeen meer​
  • Wand bestaat uit gladde spiertjes ​
  • Binnenbekleding=trilhaarepitheel ​
  • Heel elastisch​ 
            Wijder bij inademing​ 
            Nauwer bij uitademing​






Slide 25 - Slide

Doorbloeding longen
Kleine bloedsomloop​

Zuurstofarm bloed naar longen (longslagaders)​
Zuurstofrijk bloed van longen naar hart (longaders)​

Longweefsel zelf krijgt bloed van een aftakking van de aorta ​




Slide 26 - Slide

Gaswisseling
  1.  ​



Slide 27 - Slide

Longblaasjes
  • Tientallen trosjes = longblaasjes 
  • Totaal 900 miljoen longblaasjes ​
  • Groot oppervlak door trosjes
  • Daaromheen bloedvaten: gaswisseling! ​





Slide 28 - Slide

Regels diffusie
Oppervlak: hoe groter, hoe meer uitwisseling​
Longblaasjes – 70m2 in rust, 100m2 bij diepe inademing​

Afstand: hoe kleiner de afstand, hoe meer uitwisseling​
2 cellagen dik: heel dun! ​

Concentratieverschil: hoe groter het verschil, hoe sneller​
concentratieverschil blijft door doorstroming / ademhaling​



Slide 29 - Slide

Longvlies

Binnenblad = longvlies
Buitenblad = borstvlies ​
Gevuld met vocht = pleuravocht​
Ruimte tussen bladen = pleuraholte = vacuum (luchtdicht)​



Slide 30 - Slide

Ademhalingsmechanisme
In de hersenstam: zenuwcellen = ademcentrum
  • Ademcentrum reguleert diepte & frequentie ademhaling ​
  • Het ontvangt informatie van zintuigcellen wand halsslagader & aorta       

Stijging koolstofdioxide in bloed => stimuleert ademhaling​                    








Slide 31 - Slide