De stam van het werkwoord

Vak: Taalvaardigheid
Hoofdstuk: Stam van het werkwoord
1.
Lesopening
2.
Lesdoel 
3.
Arrangementen + mini-check
4.
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6.
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 17
next
Slide 1: Slide
TaalvaardigheidMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vak: Taalvaardigheid
Hoofdstuk: Stam van het werkwoord
1.
Lesopening
2.
Lesdoel 
3.
Arrangementen + mini-check
4.
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6.
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Slide

1. Lesopening
Je hebt op dit moment niks nodig op tafel. 








Slide 2 - Slide

2. Lesdoel & Leergebiedoverstijgende doelen
Aan het eind van deze les kun je:
- uitleggen wat een werkwoord is.
- de stam van het hele werkwoord uitleggen.



Slide 3 - Slide

3. Arrangementen + mini-check
 Verdiept arrangement (8 gemiddeld of hoger): niemand


Voor deze les is geen mini-check. Iedereen doet mee met de instructie

Slide 4 - Slide

Werkwoorden
Noteer één of meer werkwoorden.

Slide 5 - Mind map

Sleep de woorden naar de juiste plaats.
geen werkwoord
werkwoord
drinken
paarden
bijten
stoelen
dingen
plakken

Slide 6 - Drag question

De stam van een werkwoord
- de stam = de ik-vorm van een werkwoord.
- je haalt -en van het werkwoord af. 

Voorbeeld: werken  - stam: en - dus de stam is: werk

Slide 7 - Slide

Wat is de stam van een werkwoord?
A
Het hele werkwoord zonder -en
B
Het werkwoord in de jij-vorm
C
Het hele werkwoord + en
D
De eerste 3 letters van een werkwoord

Slide 8 - Quiz

Wat is de stam van het werkwoord fietsen?
A
fietsen
B
fiets
C
fietst
D
gefietst

Slide 9 - Quiz

Wat is de stam van het werkwoord springen?
A
gesprongen
B
springen
C
spring
D
sprongen

Slide 10 - Quiz

Wat is de stam van het werkwoord tekenen?
A
tekende
B
getekend
C
tekenen
D
teken

Slide 11 - Quiz

Wat is de stam van het werkwoord plannen?
A
plannen
B
gepland
C
plan
D
plann

Slide 12 - Quiz

Wat is de stam van het werkwoord drukken?
A
drukken
B
drukk
C
gedrukt
D
druk

Slide 13 - Quiz

Wat is de stam van het werkwoord happen?
A
hap
B
gehapt
C
hapte
D
happ

Slide 14 - Quiz

6. Zelfstandig werken
Je maakt zelfstandig het werkblad over de stam.


Ben je klaar?
Dan lever je de opdrachten bij mij in.
Daarna ga je naar studiemeter -->starttaal online --> 1F --> werkwoordspelling --> werkwoorden herkennen.
Je maakt oefening 1 t/m 5

timer
1:00

Slide 15 - Slide

7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Zijn er nog onderdelen die je lastig vindt?

Kun je:
- uitleggen wat een werkwoord is?
- de stam van het hele werkwoord uitleggen?

Slide 16 - Slide

Huiswerk & Toetsen
Huiswerk: 
Woensdag 15 november
Werkblad stam van het werkwoord



Toetsen: 
Geen




Slide 17 - Slide