This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
H2: Tussen de oorlogen
Slide 1 - Slide
Wat gebeurt er in de periode tussen WOI en WOII?
Slide 2 - Open question
Monarchie o.l.v. de tsaar
Dictatuur o.l.v. Vladirmir Lenin
honger
lijfeigenen
Oktoberrevolutie 1917
land naar de staat
adel met veel macht
Doema zonder macht
sovjets aan de macht
eenpartijstaat
Slide 3 - Drag question
2.2 fascisme & communisme
Slide 4 - Slide
Leerdoelen par. 2.2
* Ik kan uitleggen hoe Mussolini op kwam in Italië.
* Ik kan uitleggen hoe Italië een totalitaire dictatuur werd.
* Ik kan uitleggen hoe de Sovjet economie werd ontwikkeld.
* Ik kan uitleggen hoe de Sovjet-Unie een totalitaire dictatuur werd.
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Video
2.2 Wat zijn de kenmerken van het fascisme?
Zoek in de tekst 'de opkomst van Mussolini' en 'dictatuur in Italië' (blz. 36-37) op wat de kenmerken van het fascisme zijn.
Slide 7 - Slide
Jaar
...
...
leider/ partij (eenpartij-staat)heerst volledig over de samenleving (bepaalt het denken en doen van het volk)
Geweldsverheerlijking
...
Anti-democratisch
...
...
eigen nationaliteit wordt getollereerd
Persoonsverheerlijking
... . Kritiek? ...
...
...
2.2 Wat zijn de kenmerken van het fascisme?
Slide 8 - Slide
Jaar
1922
Totalitair regime
leider/ partij (eenpartij-staat) bepaalt het denken en doen van het volk
Geweldsverheerlijking
geweld gebruiken om je zin te krijgen
Anti-democratisch
Geen verkiezingen, dictatuur
Nationalistisch
eigen nationaliteit wordt getollereerd
Persoonsverheerlijking
Mussolini (Il Duce) wil dat iedereen HEM zag als grote leider. Kritiek? Vervolging
Indoctrinatie
in de media hoorde je alleen maar goede dingen over Mussolini.
2.2 Wat zijn de kenmerken van het fascisme?
Slide 9 - Slide
Leerdoelen beantwoorden
* Ik kan uitleggen hoe Mussolini op kwam in Italië.
* Ik kan uitleggen hoe Italië een
totalitaire dictatuur werd.
Schrijf het antwoord (uitgebreid) op in je schrift.
Maak de volgende opdrachten in je werkboek:
par. 2.2 opdr. 3, 4, 5, WB blz. 41-42
Slide 10 - Slide
Leerdoelen par. 2.2
* Ik kan uitleggen hoe Mussolini op kwam in Italië.
* Ik kan uitleggen hoe Italië een totalitaire dictatuur werd.
* Ik kan uitleggen hoe de Sovjet economie werd ontwikkeld.
* Ik kan uitleggen hoe de Sovjet-Unie een totalitaire dictatuur werd.
Slide 11 - Slide
Wat weet jij nog van de vorige les?
Socrative!
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
Slide 14 - Video
Leerdoelen beantwoorden
* Ik kan uitleggen hoe de Sovjet economie werd ontwikkeld.
Schrijf het antwoord op in je schrift.
Je werkt hier max. 10 minuten aan.
Klaar? Maak alvast opdracht 7, 8, 9 WB blz. 42-43
Slide 15 - Slide
Leerdoelen beantwoorden
* Ik kan uitleggen hoe de Sovjet economie werd ontwikkeld.
De economie was na 1924 weer wat vrijer geworden: er ontstond welvaart. Echter vond Stalin dat de economie verder moest groeien -> 1928: planeconomie: in vijfjarenplannen (elke 5 jaar) werd precies opgeschreven wat de overheid wilde dat er geproduceerd werd.
Slide 16 - Slide
Leerdoelen beantwoorden
* Ik kan uitleggen hoe de Sovjet economie werd ontwikkeld.
Na de groei van de industrie moest ook de landbouw groeien. Boeren moesten hun land inleveren en zich aansluiten bij kolchozen (=...). Boeren waren tegen deze collectivisatie (=...)en er ontstonden opstanden. Deze opstanden werden hard neergeslagen.
Slide 17 - Slide
Welk kenmerk van de Sovjet Unie past bij de afbeelding? Leg je antwoord uit.
Slide 18 - Open question
Leerdoelen beantwoorden
* Ik kan uitleggen hoe de Sovjet-Unie een
totalitaire dictatuur werd.
Schrijf het antwoord (uitgebreid) op in je schrift.
Klaar? Maak alvast opdracht 7, 8, 9 WB blz. 42-43
Slide 19 - Slide
Leerdoelen beantwoorden
* Ik kan uitleggen hoe de Sovjet-Unie een
totalitaire dictatuur werd.
Tegenstanders van het communisme werden vervolgd. Ook partijleden en leiders uit het leger. Om het volk te laten geloven dat Stalin goed deed voor het land gebruikte hij veel propaganda en indoctrinatie. Dit deed hij met persoonsverheerlijking. Deze vorm van communisme noem je Stalinisme.