Woordenboek quiz

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Woordenboek quiz

Je mag bij de schrijftoets een woordenboek gebruiken.

Maar weet je hoe je hier mee werkt?

Een aantal zaken zijn belangrijk:

1. Werkwoorden

Vervoegingen van werkwoorden zul je niet in het woordenboek vinden. Bijvoorbeeld:

je hebt                 ->                     hebben

1. Werkwoorden

Vervoegingen van werkwoorden zul je niet in het woordenboek vinden. Bijvoorbeeld:

je hebt                 ->                     hebben

Zoek dus altijd naar het hele werkwoord.

2. Samengestelde woorden

Samengestelde woorden bestaan uit 2 losse woorden. 

de zomervakantie = de zomer + de vakantie

2. Samengestelde woorden

Samengestelde woorden bestaan uit 2 losse woorden. 

de zomervakantie = de zomer + de vakantie

Knip de woorden los, en zoek ze op.

Zoek op: de advocaat

Mijn broer doet elke dag de (was).

(Trek) je die stomme jas echt (aan)?

Hij heeft dit (gerecht) voor ons gekookt.

Er zijn veel (soorten) pasta in Italië.

(Begrijpen) we nu hoe we met een woordenboek werken?

Herhaling van de conventies

Pak je aantekening van vorige week er bij.

Wat zijn conventies ook al weer?

Conventies zijn den bouwstenen van je brief. 

• Aanhef                  = Beste ...,
• Kern                                
• Afsluiting             = Hopelijk tot snel!
• Slotgroet             = Groetjes  

                                           Je naam

Beantwoord de vragen

Maak gebruik van de reader! Je mag nu nog spieken.

Wat is het verschil tussen 'Liebe...' en 'Lieber...'?

Ter illustratie:

Liebe Anna,               =  vrouwelijk

Lieber Max,               = mannelijk

Ezelsbruggetje: mannelijk = der, daarom een extra -r

De eerste letter van de kern begin je met een...

1. hoofdletter
2. kleine letter

Na de slotgroet schrijf ik...

1. een komma
2. geen komma

Schrijf een persoonlijke brief.

• 60 woorden
• Gebruik alle conventies uit de reader.
• Verwerk deze punten ->