Examples:
Jenny is seeing her boyfriend at six o'clock
We are travelling to Spain tomorrow!
- er is al een afspraak is gemaakt/iets is vastgelegd.
- iets gaat binnenkort gebeuren.
Behalve voor de toekomst gebruik je de present continuous ook om:
- aan te geven dat iets NU aan de gang is
- aan te geven dat iets IRRITANT is (you are always picking your nose)