M2: 2,4 Slaven op de plantage

Welkom in de geschiedenisles!
1 / 43
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 2

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom in de geschiedenisles!

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

M2A

Slide 3 - Slide

M2B

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen vandaag?
  • Lesdoelen
  • Herhaling 
  • Slaven op de plantage 
  • Opdrachten
  • Afsluiting  

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het eind van deze les:

  • Je kunt beschrijven hoe de slavenhandel in elkaar zat.

  • Je kunt de verschillende oorzaken en gevolgen van slavernij herkennen en benoemen. 

  • Je kunt beschrijven hoe het leven op de plantages in de kolonies was.

  • Je kunt verklaren waarom- en hoe kwamen mensen in verzet kwamen tegen de slavernij.





Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Herhaling
  • Waar staat de WIC voor?
  • Waar staat de VOC voor?

  • Waarom ontstond de Trans-Atlantische slavenhandel?


Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Beschrijf in het kort hoe het leven was aanboord van een slavenschip.

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Welke oorzaak-gevolg relaties heb je gezien? 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Oorzaken en gevolgen
  •  Gevolgen --> wat er gebeurt
  • Aanleiding --> laatste oorzaak
  • Oorzaak --> waardoor het gebeurt

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Oorzaken en gevolgen
Indirecte oorzaak
  • Wat er al verder aan vooraf ging. (alle andere oorzaken)

Aanleiding (directe oorzaak)
  • Het laatste wat er gebeurd voordat het gebeurtenis begint.

Korte termijn gevolgen
  • Wat direct duidelijk is dat er gebeurd na de gebeurtenis.

Lange termijn gevolgen
  • Wat nu nog niet duidelijk is.

 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Oorzaak-gevolg

  • Indirecte oorzaken: ik heb slecht geslapen, niet goed opgelet in de les, huiswerk niet gemaakt, lage concentratie
  • Directe oorzaak (aanleiding): de toets slecht gemaakt

Gebeurtenis:  Ik haal een drie voor mijn geschiedenis PTO

  • Korte termijn gevolg: mijn ouders zijn boos, ik ben teleurgesteld, daling motivatie
  • Lange termijn gevolg: meer slechte cijfers,  jaar niet niet gehaald, blijven zitten :c

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Welke soorten oorzaken en gevolgen kennen we?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

https://www.volkskrant.nl/kijkverder/2016/qatar/
6

Slide 17 - Video

This item has no instructions

Een wereldkaart uit 1700. Sommige delen van Noord-Amerika en Australië zijn nog niet 'ontdekt'.
suikerrietplantages
🇧🇷
katoenplantages
🇺🇸
Spaanse kolonie
Engelse kolonie
Tabaksplantages
🇨🇺
Portugese kolonie
Nederlandse kolonie
Cacao- en suikerrietplantages
🇸🇷

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

03:55
Welke aandeel hebben de lokale Afrikaanse vorsten in het ontstaan van de Trans-Atlantische slavenhandel?
A
De Afrikaanse vorsten hadden geen aandeel, ze werden gedrongen door de Europeanen om hun eigen volk te verkopen.
B
De Afrikaanse vorsten betaalde de Europeanen veel geld om mensen die zij zagen als onwenselijk te kopen en mee te nemen.
C
Door het tekort aan voedsel moesten de Afrikaanse vorsten wel mensen als slaaf verkopen aan de Europeanen, anders zou iedereen honger lijden.
D
De Afrikaanse vorsten vielen elkaar aan en maakte de lokale bevolking tot slaaf. Deze verkochten ze aan Europeanen in ruil voor vuurwapens, zo konden ze nog meer slaven creëren. enzovoorts.

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

07:26
Wat is de reden dat families uit elkaar werden gehaald en aan verschillende plantages werden verkocht?

Slide 20 - Open question

This item has no instructions

08:24
De slaaf in de video die zweepslagen kreeg heet ''Johannes''. Een erg Nederlandse naam. Wat is de reden dat een Afrikaanse slaaf een Nederlandse naam kreeg?
A
Zijn naam was toevallig Johannes, hier hoeft verder niets achter te zitten.
B
Johannes was het koosnaampje voor alle slaven, alle mannelijke slaven werden dus zo genoemd.
C
Dit werd expres gedaan om een afstand te creëren tussen de slaaf en zijn/haar Afrikaanse verleden.
D
Dit had de slaaf zelf uitgekozen als toewijding aan zijn nieuwe meester.

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

09:18
In hoeverre is John Stetman (de schrijver van de opgelezen tekst) betrouwbaar?

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

13:25
Op welke manier ondervonden de plantages last van de lokale marron stammen?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

15:08
Wat voor soort straffen kregen opstandige slaven?

Slide 24 - Open question

This item has no instructions

Slaven op de plantage
  • WIC (West-Indische Compagnie)
  • Antillen: 1634
  • Suriname: 1667

Slide 25 - Slide

This item has no instructions


Waarom slavernij?


  • Veel plantages lagen in Zuid-Amerika en waren bezit van Europeanen
  • Plantageprducten, zoals koffie, tabak, katoen en suiker, zijn erg populair in Europa
  • Om de producten te verbouwen waren veel landarbeiders nodig.
  • De oorspronkelijke bewoners van dit gebied waren volgens de Europeanen 'ongeschikt' voor deze arbeid...of al uitgemoord in de eeuwen ervoor...



Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Aan boord van een slavenschip









  • Vervoer en behandeling van de tot slaaf gemaakten was vreselijk
  • Ze werden vaak naakt en geketend aan elkaar vervoerd
  • Onhygiënische en ziekmakende omstandigheden leidden vaak tot de dood
  • Dode tot slaaf gemaakten werden, zonder enige vorm van respect, overboord gegooid.
  • Een slavenschip kon je soms op 5 zeemijlen (9 kilometer) afstand ruiken







Slide 28 - Slide

This item has no instructions


Slavenmarkten

  • slavenmarkten
  • Daar werden de tot slaaf gemaakten 'opgepoetst' om er goed uit te zien.
  • Ze waren niet goedkoop: ongeveer 200 gulden. Dat zou tegenwoordig ongeveer €2000 zijn. Voor die tijd waren dit enorme bedragen.

  • ...maar eigenlijk kocht je dus een mens voor een paar duizend euro...







Fort Elmina in Ghana, Afrika, was het fort waar vanuit Afrikaanse slaven werden 'ingekocht' en 'verscheept' naar Zuid-Amerika. 

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Leg het werk van een ''Basja'' uit in eigen woorden.

Slide 30 - Open question

This item has no instructions


Op de plantages

  • Tot slaaf gemaakten moesten hard werken onder vreselijke omstandigheden
  • Regelmatig werden ze mishandeld en/of misbruikt
  • Ze werden soms gebrandmerkt, net zoals dat bij vee gebeurt. Hiermee kon iedereen zien wie de eigenaar van de tot slaaf gemaakte was
  • De meeste plantagehouders hadden blanke opzichters in dienst, maar er waren ook zwarte opzichters: de basja’s








Een halsklem en handboeien waarmee de slaven gevangen worden gehouden.

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Waarom komen slaven niet gewoon in opstand tegen deze slechte behandeling?

Slide 32 - Open question

This item has no instructions


Opstanden

  • Slavenopstanden kwamen maar weinig voor. Dit kwam omdat:
  1. de slavenhouders de tot slaaf gemaakten geboeid hadden
  2. de slavenhouders goed bewapend waren
  3. de tot slaaf gemaakten uit verschillende delen van Afrika kwamen en elkaar daardoor niet goed begrepen. Ze konden zich daardoor niet organiseren
  4. sommigen bewust voor de dood kozen bijvoorbeeld door verhongering








Er is een aantal slavenopstanden geweest, bijvoorbeeld die onder leiding van Boni in Suriname (1757-1793) en die van Tula op Curaçao (1795)

Op de foto zie je Desenkadena ('verbreken van de ketenen'), ook wel het Tula monument genoemd. Het staat op de plek waar de opstand begon.
De Boni opstand

Wie was Boni?: https://isgeschiedenis.nl/nieuws/boni-ca-1730-1793-leider-van-de-slavenrevoltes-in-suriname

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Straffen

  • Opsluiting
  • Kettingstraf
  • Zweepslagen
  • Doodstraf

Slide 34 - Slide

https://www.youtube.com/watch?v=QiO2BOnDSv0


Europese slaven



  • Tussen 1600 en 1800 zijn, naast de Afrikaanse slaven, ook rond de 1 miljoen tot slaaf gemaakten uit Europa verhandeld.
  • Sommigen waren bijvoorbeeld gevangen genomen door piraten.








Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Einde slavernij?
Abolitionisme = afschaffen van slavernij

Verbod Engeland: 1833
Verbod Nederland: 1863
Verbod Amerika: 1865

Hierna nooit meer slavernij?

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Moderne slavernij






  • Vandaag de dag komt slavernij nog steeds voor. Alleen niet op de manier zoals deze was in het verleden.
  • Voornamelijk in continenten als Afrika en Azië
  • Voorbeeld: het bouwen de stadions in Qatar, werkers krijgen net genoeg geld om te overleven. 

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Oorzaak-gevolg stencil
  •  Maak de opdrachten 1 t/m 4 uit het oorzaak gevolg stencil
  • Individueel
  • 15 minuten
  • Eerder klaar? steek je hand op
  • Nabespreken 

Classkick: https://app.classkick.com/#/login/VV7HCV
(eigen naam met hoofletter gebruiken!)
timer
5:00

Slide 39 - Slide

M2A: https://app.classkick.com/#/login/M27ASE

M2B: https://app.classkick.com/#/login/3R2Y3Q

M2C: https://app.classkick.com/#/login/VV7HCV
Controle
Paragraaf 1,2: De Republiek als handelsland
Opdrachten: 1b, 2, 3, 6, 7, 10,
LB blz. 10 en 11
WB blz. 11 t/m 16

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Opdrachten
Paragraaf 2,4 –  Slaven op de plantages
Lees eerst de teksten goed door!
Opdrachten: 1, 2, 4, 5, 6, 7
LB blz. 32 t/m 33
WB blz. 58 t/m 61

Klaar? Maak opdrachten 10 en 11
Zet deze opdrachten in je planner!

timer
5:00

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
Aan het eind van deze les:

  • Je kunt beschrijven hoe de slavenhandel in elkaar zat.

  • Je kunt de verschillende oorzaken en gevolgen van slavernij herkennen en benoemen. 

  • Je kunt beschrijven hoe het leven op de plantages in de kolonies was.

  • Je kunt verklaren waarom- en hoe kwamen mensen in verzet kwamen tegen de slavernij.





Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Fijne dag!

Slide 43 - Slide

This item has no instructions