les 2a

Beweging     Normtempo 5.3&5.4
Boek, campusboekje, laptop en etui op tafel. 
Leerdoelen voor deze les noteren
  • je kunt herkennen en uitleggen wat resp. een eenparige - vertraagde- versnelde - beweging is.
  • je kunt een afstand/tijd en snelheid/tijd diagram aflezen en uitleggen of het over een eenparige - versnelde - vertraagde beweging gaat.
  • je kunt uitleggen wat de remweg is en van welke factoren de remweg afhangt.
  • je kunt uitleggen wat de stopafstand van een auto en hoe die afhangt van reactietijd en remweg.

INSTRUCTIE 5.3
Formatieve toets
INSTRUCTIE 5.4
formatieve toets
Afsluiten van de les: inleveren van je opdracht!!!!
timer
20:00
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Beweging     Normtempo 5.3&5.4
Boek, campusboekje, laptop en etui op tafel. 
Leerdoelen voor deze les noteren
  • je kunt herkennen en uitleggen wat resp. een eenparige - vertraagde- versnelde - beweging is.
  • je kunt een afstand/tijd en snelheid/tijd diagram aflezen en uitleggen of het over een eenparige - versnelde - vertraagde beweging gaat.
  • je kunt uitleggen wat de remweg is en van welke factoren de remweg afhangt.
  • je kunt uitleggen wat de stopafstand van een auto en hoe die afhangt van reactietijd en remweg.

INSTRUCTIE 5.3
Formatieve toets
INSTRUCTIE 5.4
formatieve toets
Afsluiten van de les: inleveren van je opdracht!!!!
timer
20:00

Slide 1 - Slide

Hoe haal je je formatieve toets?
Lever je formatieve toets in voor het einde van de les

Volgende week krijg je je gemaakte werk terug en kun je de opdrachten nog aanvullen en verbeteren.

Daarna volgt de jaaraftekening

Slide 2 - Slide

Versnellen
Als je versnelt, neemt de snelheid per tijdseenheid toe.
Dit betekend dat de snelheid van bijvoorbeeld van een paar seconde geleden altijd lager is dan de snelheid in het heden. De afstand-tijdlijn neemt altijd toe.

Slide 3 - Slide

Eenparige beweging
Bij een eenparige beweging houd je altijd dezelfde snelheid aan. De lijn in een afstand-tijdsgrafiek neemt dus gelijk toe.
Gemiddelde snelheid = afstand/tijd

Slide 4 - Slide

Vertraagde beweging
Bij een vertraagde beweging neemt de snelheid af. Dit zorgt er uiteindelijk voor dat de lijn in een afstand-tijdgrafiek horizontaal blijft liggen. De tijd gaat verder maar de afstand neemt niet toe. 

Slide 5 - Slide

Snelheid, tijd (v,t) diagram

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Startopdracht
Pak je Nask schrift, pen en rekenmachine

Slide 8 - Slide

5.3 Formatieve toets
Controle van begrip

Vraag 1
Schets in één afstand,tijd-diagram;
een versnelde beweging (1)
vertraagde beweging (2)
eenparige beweging (3)

Slide 9 - Slide

5.4 De remweg
Als het rempedaal van een auto wordt ingetrapt, neemt de snelheid af. Tijdens het remmen legt de auto nog wel een bepaalde afstand af. deze afstand wordt de remweg genoemd. Hoe langer de remweg, des te groter is de kans op een ongeluk. 


Slide 10 - Slide

5.4 Het wegdek en het weer
Als de remmen versleten zijn of het wegdek glad is door sneeuw of ijzel, kan de bestuurder minder hard remmen. De remkracht is dan kleiner en de remweg langer, soms zelfs veel langer. Zie onderstaand figuur.

Slide 11 - Slide

Reactieafstand, remweg en stopafstand

Slide 12 - Slide

a De afstand is gelijk tussen de druppels.
b  Geg: s = 20 m
t = 5 s ( 5 x 1 s, de eerste stip niet meetellen !)
Gevr: vgem

Opl; vgem = s/t 
vgem = 20/5 = 4 m/s
Vraag 3

Slide 13 - Slide

a stil voor stoplicht
b eenparig 4 m/s
c remt af voor stoplicht
d stapt op de fiets
e eenparig 6 m/s
f rijdt weg groen stoplicht
g arriveert op school

Slide 14 - Slide

a stil voor stoplicht
b eenparig 4 m/s
c remt af voor stoplicht
d stapt op de fiets
e eenparig 6 m/s
f rijdt weg groen stoplicht
g arriveert op school

Slide 15 - Slide

Vraag 2
Justine rijdt met een snelheid van 45 km/h als zij moet remmen voor een overstekende hond. Haar reactietijd is 0,8 s.
De remweg van haar auto onder deze omstandigheden is 12 m.
Hoe groot is haar stopafstand?
Tip: Reken eerst de reactieafstand uit. 

Slide 16 - Slide

Vraag 2
Justine rijdt met een snelheid van 45 km/h als zij moet remmen voor een overstekende hond. Haar reactietijd is 0,8 s.De remweg van haar auto onder deze omstandigheden is 12 m.
Hoe groot is haar stopafstand?

Gegeven: snelheid 45 km/h = 45 : 3,6 = 12,5 m/s  reactietijd = o,8 s 
Gevraagd: reactieafstand
Formule: reactieafstand = reactietijd x snelheid
Berekening: reactieafstand = 0,8 x 12,5
Antwoord: reactiefafstand = 10 m
Stopafstand = reactieafstand + remweg
stopafstand = 10m +  12 m = 22 m

Slide 17 - Slide