What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Les 70 bijvoeglijke naamwoorden
De ________ (bereiden)
maaltijd
1 / 20
next
Slide 1:
Mind map
This lesson contains
20 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
De ________ (bereiden)
maaltijd
Slide 1 - Mind map
Het programma
het lesdoel
uitleg les 70
oefening in LessonUp
terugkoppeling lesdoel
vooruitzicht volgende les
Slide 2 - Slide
Het lesdoel
Aan het einde van de les weet ik wat bijvoeglijke naamwoorden zijn.
Slide 3 - Slide
Wat zijn zelfstandige naamwoorden?
A
mensen dieren en planten
B
mensen, dieren, planten en dingen
C
mensen en dieren
D
mensen, planten en dingen
Slide 4 - Quiz
Zelfstandige naamwoorden
Slide 5 - Slide
Het bijvoeglijk naamwoord
Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord.
De
lieve
jongen
Het
grote
meisje
De
brede
weg
De
snelle
hond
Slide 6 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord
Werkwoorden kunnen ook bijvoeglijk gebruikt worden!
Verbranden
--> de verbrande vingers
Vergroten
--> de vergrote foto's
Slide 7 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord
Bijvoeglijk gebruikte werkwoorden schrijf je altijd zo
kort mogelijk op!
Dus niet de aangebrandde aardappels
maar de
aangebrande
aardappels
Slide 8 - Slide
Wat is een zelfstandig naamwoord in de volgende zin:
Ik heb gisteren op een fijne stoel gezeten.
A
fijne
B
stoel
C
gisteren
D
gezeten
Slide 9 - Quiz
Wat is een zelfstandig naamwoord in de volgende zin:
Dit is een makkelijk oefenblad voor mij.
A
Dit
B
makkelijk
C
oefenblad
D
een
Slide 10 - Quiz
Wat is een bijvoeglijk naamwoord in de volgende zin:
Het verwachte kind is niet gekomen.
A
het
B
verwachte
C
kind
D
niet
Slide 11 - Quiz
Wat is een bijvoeglijk naamwoord in de volgende zin:
Ik heb een verlaten hond gevonden op de weg.
A
heb
B
verlaten
C
hond
D
weg
Slide 12 - Quiz
Wat is een bijvoeglijk naamwoord in de volgende zin:
De verhoogde prijs is voor veel klanten een grote zorg.
A
verhoogde
B
prijs
C
grote
D
zorg
Slide 13 - Quiz
Schrijf het bijvoeglijk naamwoord op:
Het ___________ (mislukken) grap.
Slide 14 - Open question
Schrijf het bijvoeglijk naamwoord op:
Het _________ (ontsnappen) geitje.
Slide 15 - Open question
Schrijf het bijvoeglijk naamwoord op:
De __________ (verbazen) man.
Slide 16 - Open question
Schrijf het bijvoeglijk naamwoord op:
Het __________ (werken) meisje
Slide 17 - Open question
Schrijf het bijvoeglijk naamwoord op:
De ___________ (testen) opdracht
Slide 18 - Open question
Het lesdoel
Aan het einde van de les weet ik wat bijvoeglijke naamwoorden zijn.
Slide 19 - Slide
Geef een voorbeeld
van een bijvoeglijk naamwoord
Slide 20 - Mind map
More lessons like this
Les 70 bijvoeglijke naamwoorden
April 2024
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
3 BK H4 Woordsoorten
May 2022
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
3 BK H4 Woordsoorten
March 2024
- Lesson with
41 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
Verkleinwoorden + bijvoeglijk naamwoord
December 2022
- Lesson with
24 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Verkleinwoorden + bijvoeglijk naamwoord
7 days ago
- Lesson with
24 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Het bijvoeglijk naamwoord~~ nooit een uitgang -e
May 2020
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
4.8 Spelling K3
September 2022
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Bijvoeglijk naamwoord
September 2023
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3