DROMEN

1 / 18
next
Slide 1: Video
KunstMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Als we in slaap vallen, 
waar gaan we dan heen?

Slide 2 - Slide

DROMEN
Filosofen, dichters en psychoanalytici hebben zich al eeuwenlang over de vraag gebogen: waar gaan we heen als we slapen/dromen?

Het zijn kunstenaars die keer op keer hebben geprobeerd het onmogelijke te laten zien: door in afbeeldingen van droom-onderwerpen de onzichtbare plaatsen voor te stellen. Van goddelijke visioenen tot fantasieën tot nachtmerries: al sinds de middeleeuwen zie je dit onderwerp terugkomen in de beeldende kunst. 

Slide 3 - Slide

2 soorten dromen

- De 'film' die je ziet als je slaapt, waarin je verwerkt wat je overdag hebt meegemaakt. Je hebt er geen invloed op. Het is soms gek en onwerkelijk. 

- Dromen terwijl je wakker bent, over wat je later wilt worden of over hoe de toekomst eruit gaat zien. Je kunt je fantasie dan gebruiken om je dromen in te vullen.

Slide 4 - Slide

Fantasie
  • De mogelijkheid om dingen te verzinnen die niet echt zijn; verbeeldingskracht
  • Tegenstelling: de realiteit
  • Met veel fantasie kun je onrealistische dingen bedenken en vaak ook verbeelden (in beeld brengen). 

Slide 5 - Slide

Middeleeuwen

- Hieronymus Bosch
- Het Visioen 
- 1520

Onwerkelijke, schokkende en vreemde beelden die een visioen of nachtmerrie moeten voorstellen. 

Slide 6 - Slide

Romantisch Realisme

- Henry Fuseli’s
- De nachtmerrie 
- 1781

Het uitbeelden van een nachtmerrie tijdens je slaap. 

Slide 7 - Slide

Symbolisme

- Paul Gauguin 
- Visioen na de preek 
- 1888

Het schilderen van visioenen en daarmee het verbeelden van dromen.

Slide 8 - Slide

Constructivisme

- Vladimir Tatlin 
- Model voor een gebouw 
- 1920

Dromen over een betere toekomst en vrede door middel van sterke constructies.

Slide 9 - Slide

Futurisme

- Umberto Boccioni
- Unieke vormen van de continuïteit in de ruimte 
- 1913

Fantasie gebruiken om hun dromen over de toekomst te laten zien. 

Slide 10 - Slide

De Stijl

- Piet Mondriaan 
- Compositie met groot rood vlak, geel, zwart, grijs en blauw 
- 1921

Dromen over een betere toekomst door je aan strenge regels te houden. 

Slide 11 - Slide

Surrealisme

- Salvador Dali 
- De bekoring van Sint Antonius 
- 1946

Het letterlijk uitbeelden van je dromen, ook als er niets van klopt. 

Slide 12 - Slide

Op-art

- Bridget Riley
- Beweging in vierkanten 
- 1961

Op-art speelt met optische illusies. Dat wil zeggen dat je ogen en je hersenen worden gefopt door de beelden die je ziet. 

Slide 13 - Slide

Surrealisme
In de beeldende kunst is er een hele belangrijke stroming, 
het surrealisme (vanaf 1924). 

Slide 14 - Slide

Automatisch tekenen of automatisme
De vormentaal van Miró verwijst naar een droomwereld. Het is een combinatie van onrealistische vormen en kleuren. Het lijkt onsamenhangend. Miró gebruikte geabstraheerde vormen. Toch zijn er delen in dit werk herkenbaar.

Wat kun je herkennen in dit werk?

Miró gebruikte het automatisch schilderen om tot zijn werken te komen. Dat betekent dat hij zijn werk gaandeweg liet ontstaan. Terwijl hij werkte koos hij ondoordacht vormen en kleuren. 

Slide 15 - Slide

Gedichten
Dromen - Constantijn Huygens

Ik denk overdag alsof ik droomde, ik droom ’s nachts alsof ik zag.
Was het ‘s nachts zo donker niet, en niet zo licht bij dag,
ik zag moeilijk uit de droom van deze droom te komen:
of mijn droom denken is, of mijn gedachten dromen.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video




In het rijtje van kunstgeschiedenis is dit een voorbeeld van een hedendaagse verbeelding van een droomwereld. Misschien wel meer een nachtmerrie zelfs. 

Als we in slaap vallen, 
waar gaan we dan heen?

Slide 18 - Slide