opfriscursus

1 / 43
next
Slide 1: Slide
scheikundeMBOStudiejaar 2

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

1. Veiligheidsregels





Veiligheid is erg belangrijk als je proeven doet. Daarom heb je 13 veiligheidsregels geleerd.

Slide 2 - Slide

schrijf hier de veiligheidsregels op die je kent
veiligheidsregels

Slide 3 - Mind map

2. practicummaterialen
Tijdens het doen van proeven gebruik je verschillende practicummaterialen.ken je de namen nog?

Slide 4 - Slide

Brander
Reageerbuis
Trechter
Driepoot met gaas
Bekerglas
Erlenmeyer
maatcilinder
kroezentang

Slide 5 - Drag question

3. De brander

Slide 6 - Slide

De gasbrander
gasregelknop
voet
luchtschijf
schoorsteen
aansluiting gasslang

Slide 7 - Drag question

Slide 8 - Slide

Je laat een brandende lucifer in een bakje met benzine vallen.
Dit is een
A
handeling
B
waarneming
C
conclusie

Slide 9 - Quiz

Bij de verbranding van benzine voel je de warmte.
Dit is een
A
handeling
B
waarneming
C
conclusie

Slide 10 - Quiz

Benzine is een licht ontvlambare stof.
Dit is een
A
handeling
B
waarneming
C
conclusie

Slide 11 - Quiz

5. Gevarensymbolen
Ken je de betekenis van de symbolen nog?

Slide 12 - Slide

Hiernaast zie je twee gevarensymbolen. Wat betekenen deze gevarensymbolen?

Slide 13 - Open question

Fase
Driehoek
verdampen
condenseren
stollen
smelten
rijpen
vervluchtigen
/ sublimeren

Slide 14 - Drag question

Welke 5 zintuigen ken jij?

Slide 15 - Open question

Stofeigenschap
GEEN stofeigenschap
massa
Volume
Kleur
oplosbaarheid
brandbaarheid
smeltpunt
geur

Slide 16 - Drag question

9. Moleculen!?

Slide 17 - Slide

Wat is een molecuul?
A
een atoom
B
een kristal
C
een bouwsteen van een stof
D
het kleinste deel van een stof met de eigenschappen van die stof

Slide 18 - Quiz

10. Naamgeving
Zoek naam en afkorting van een 5-tal atomen bij elkaar

Slide 19 - Slide

C
H
N
O
S
waterstof
zuurstof
koolstof
zwavel
stikstof

Slide 20 - Drag question

11.
Zuivere stof
Zuivere stof
Mengsel

Slide 21 - Drag question

Slide 22 - Slide

45 oC = ...
A
-228 K
B
45 K
C
318 K
D
418 K

Slide 23 - Quiz

300 K = ...
A
27 oC
B
127 oC
C
373 oC
D
473 oC

Slide 24 - Quiz

Recyclen/ Hergebruiken

Sommige spullen kun je nog een keer gebruiken.

Dan kun je de spullen hergebruiken of recyclen

Er is een verschil tussen hergebruik en recyclen.

Slide 25 - Slide

hergebruiken
recyclen

Slide 26 - Drag question

Corrosie
Corrosie treedt op wanneer metalen met stoffen uit de lucht reageren. Bij corrosie vormt er bij de oppervlakte van de metaal een laagje metaaloxide.

Slide 27 - Slide

corrosie (roest) krijg je als een metaal reageert met
A
stikstof
B
waterstof
C
zuurstof
D
helium

Slide 28 - Quiz

Metalen kun je NIET herkennen aan?
A
glimmen
B
smaak
C
geleiden
D
vervormen

Slide 29 - Quiz

koolstof
Kobalt
koolstofmonoxide
C
CO
Co

Slide 30 - Drag question

base
zuur

Slide 31 - Slide

pH 0 - 5,5
pH 5,5 - 8
pH 8 - 14
Zuur
Base
Neutraal

Slide 32 - Drag question

Hardwater
Hard water Is water met veel Ca en Mg ionen.
Het wordt aangegeven in oD
Dit heeft verschillende nadelen

Slide 33 - Slide

Wat is GEEN nadeel van hardwater
A
hoog zeep gebruik
B
snelle slijtage warmwater apparaten
C
aanslag op tegels
D
slecht voor je gezondheid

Slide 34 - Quiz

Dichtheid

Slide 35 - Slide

1 g/ml
19,3 g/ml
0.001 g/ml
Dichtheid water
Dichtheid goud
Dichtheid lucht

Slide 36 - Drag question

A
E
Zinken
drijven

Slide 37 - Drag question

2.2 schoonmaken met water en zeep
Natuurlijke zepen (plantaardige en dierlijke oliën en vetten)
Synthetische zepen (aardolieproducten) = detergenten

Slide 38 - Slide

Soorten mengsels
Oplossing:  helder en soms gekleurd

Suspensie: troebel, deeltjes zweven in de vloeistof

Emulsie:      troebel mengsel van water en olie

Slide 39 - Slide

Welk soort mengsel ontstaat er?
slaolie en water
A
oplossing
B
emulsie
C
suspensie

Slide 40 - Quiz

Welk soort mengsel ontstaat er?
krijt en water
A
oplossing
B
emulsie
C
suspensie

Slide 41 - Quiz

Welke van de onderstaande omschrijvingen geeft een oplossing weer?
A
is altijd helder en soms gekleurd
B
kun je scheiden door filtratie
C
ontmengt na verloop van tijd

Slide 42 - Quiz

Einde van de 
opfriscursus

Slide 43 - Slide