Lowan thema kleding goed/fout herhaling voor de toets

1 / 24
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Mijn jas is lekker koud.
A
goed
B
fout

Slide 2 - Quiz

Ik koop sportkleding bij de winkel.
A
goed
B
fout

Slide 3 - Quiz

Het meisje loopt een bikini in het zwembad.
A
goed
B
fout

Slide 4 - Quiz

De jurk is gemaakt van stof.
A
goed
B
fout

Slide 5 - Quiz

Welke maat heb je?
A
goed
B
fout

Slide 6 - Quiz

Ik zet de muts op mijn hand.
A
goed
B
fout

Slide 7 - Quiz

In de winter draag ik een korte broek.
A
goed
B
fout

Slide 8 - Quiz

In mijn veter zit een schoen.
A
goed
B
fout

Slide 9 - Quiz

Hij doet de riem in zijn broekzak.
A
goed
B
fout

Slide 10 - Quiz

Ik loop op sokken op straat.
A
goed
B
fout

Slide 11 - Quiz

De armband is heel mooi.
A
goed
B
fout

Slide 12 - Quiz

Ik doe de ketting om mijn nek.
A
goed
B
fout

Slide 13 - Quiz

Een sjaal is een sieraad.
A
goed
B
fout

Slide 14 - Quiz

Regen is droog.
A
goed
B
fout

Slide 15 - Quiz

In de koelkast is het warm.
A
goed
B
fout

Slide 16 - Quiz

Het pak melk in de winkel is vol.
A
goed
B
fout

Slide 17 - Quiz

De schoenen is heel mooi.
A
goed
B
fout

Slide 18 - Quiz

De sandalen zijn voor de zomer.
A
goed
B
fout

Slide 19 - Quiz

Dat is geen trui.
A
goed
B
fout

Slide 20 - Quiz

Dat is de jas geen.
A
goed
B
fout

Slide 21 - Quiz

Heb jij een tas niet?
A
goed
B
fout

Slide 22 - Quiz

De das is gemaakt van wol.
A
goed
B
fout

Slide 23 - Quiz

Handschoenen gebruik ik in de winter.
A
goed
B
fout

Slide 24 - Quiz