Week 1, klas 3

1 / 19
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Was machen wir heute
Introduktion
Vorstellen
Klassenregeln
Wie war es auch wieder?
Einstieg im Methode

Slide 2 - Slide

Introduktion

Wer bin ich.....

Frau de Brake
PBRA
p.p.de.brake@cvo-av.nl

Slide 3 - Slide

Vorstellen
Hoe heet je?                                                   Wie heißt du?
Waar woon je?                                               Wo wohnst du?
Hoe oud ben je?                                            Wie alt bis du?
Waar ben je op vakantie geweest?       Wo warst du in den Ferien?

Zorg dat je op deze vragen meteen een antwoord in het Duits kunt geven.

Slide 4 - Slide

Klasseregeln
- Geen telefoon (geen waarschuwing, direct een melding)
- Wil je wat zeggen steek je even je hand op!

1e waarschuwing = naam op het bord
2e waarschuwing = kruis achter je naam
3e waarschuwing = consequentie (strafwerk of nablijven oid.)

Slide 5 - Slide

Wie war es auch wieder?
Personal Pronomen (persoonlijk voornaamwoord)
Tagen der Woche (dagen van de week)
haben
sein
Fragewörter (vraagwoorden)
der, die, das (lidwoorden)
Umlaut

Slide 6 - Slide

Personal Pronomen
Persoonlijk voornaamwoorden

Slide 7 - Mind map

Dagen van de week in het Duits

Slide 8 - Open question

du bist
er ist
sie ist
ich bin
ihr seid
wir sind
Sie sind
sie sind
ik ben
zij zijn
jullie zijn
jij bent
hij is
zij is
wij zijn
u bent

Slide 9 - Drag question

Lidwoorden
In het Nederlands hebben we de lidwoorden 
de en het
In het Duits hebben we de lidwoorden 
der, die en das
Voor meervouden staat in het Duits altijd het lidwoord die, dan maakt het niet uit of het over mannen vrouwen of kinderen gaat.

Slide 10 - Slide

Hoe kun je weten welk lidwoord een zelfstandig naamwoord krijgt?

Slide 11 - Open question

ich habe
wir haben
Sie haben
ihr habt
sie hat
er hat
sie haben
du hast
ik heb
jij hebt
hij heeft
wij hebben
jullie hebben
zij hebben
u heeft
zij heeft

Slide 12 - Drag question

Umlaut, oftewel de puntjes die op klinkers kunnen staan.
Op welke klinkers?
A
a, e, i, o, u
B
a, o, u
C
a, i, e
D
u, o, e

Slide 13 - Quiz

Einstieg im Methode
Probeer allemaal in te loggen in de online methode.
Laat me weten of het lukt of niet.

Als je bent ingelogd maak je:
BS1 Aufgabe 1 und 2

Slide 14 - Slide

Kapitel 1: Umgebung
Lernziel Kapitel 1: 

Je kunt over het weer praten en de omgeving beschrijven.



Slide 15 - Slide

Lernziel heute
  • Je kunt korte fragmenten over de natuur begrijpen.
  • Je kent de betekenis van de woorden van de Lernliste D-N: A Sehen

Slide 16 - Slide

A: Sehen
Aufgabe 1, Seite 14
a Noteer minimaal één voordeel en één nadeel van een vakantie in de bergen.
b Kreuze während des Sehens die richtige Antwort an.
c Welk beroep heeft Marko?

Slide 17 - Slide

Selbständig arbeiten
Ihr macht selbständig folgende Aufgaben:
2 bis zum 6 im Buch, ab Seite 15

Lernliste steht auf Seite 48.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide