Introles klas 3

1 / 25
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

DEUTSCH
Intro
Week 35

Slide 2 - Slide

die Planung

  • Regels/verwachtingen
  • Leergang: Neue Kontakte
  • Wat kun je waar vinden?
  • Toetsen 
  • Studiewijzer

Slide 3 - Slide

Regels/verwachtingen
  • Zodra de deur dicht is, begint de les.
  • We behandelen elkaar met respect.
  • Als ik of een medeleerling praat ben jij stil.
  • Je hebt altijd je boek EN een schrift bij je.

Slide 4 - Slide

Leergang: Neue Kontake
Leergang:
  • Je werkt in het boek
  • schrift voor je aantekeningen 
  • snelhechter (losse stencils)

Slide 5 - Slide

Studiewijzer

Slide 6 - Slide

Toetsen
Week 41: Vaardigheidstoets 1 : Leesvaardigheid (Weging 1)
Woordenboeken zijn toegestaan.Neem je eigen woordenboek (DU→NL) mee!
TW1: Kapitel 1 (Lernliste NL→DU en DU→NL Grammatik aantekening 1 (sein, haben, werden tt, vt en vdw) en 2 (Zwakke werkwoorden tt, vt en vdw) / Sprachmittel NL→DU
(Weging 2)

Slide 7 - Slide

Hoe vond jij het vak Duits afgelopen jaar?
niks                     neutraal                leuk
😒🙁😐🙂😃

Slide 8 - Poll

Hoe lijkt het vak Duits jou dit jaar?
niks                     neutraal                leuk
😒🙁😐🙂😃

Slide 9 - Poll

Slide 10 - Slide

Wat is in het Duits: "Hoe gaat het met je?"
A
Wie geht es du?
B
Wie geht es dir?
C
Wie geht es dich?

Slide 11 - Quiz

Heeft Duitsland een koning of koningin?
A
Ja!
B
Nein!

Slide 12 - Quiz

in Duitsland bestaan meer dan ........... verschillende soorten worst.
A
100
B
500
C
1000
D
15

Slide 13 - Quiz

Een Duitser vond ................... uit.
A
televiesietoestel
B
gummybeertjes
C
voetbal
D
smeerkaas

Slide 14 - Quiz

Hier staan vier automerken. Welk automerk komt niet uit Duitsland?
A
BMW
B
Toyota
C
Mercedes
D
Volkswagen

Slide 15 - Quiz

Aan hoeveel landen grenst Duitsland?
A
6
B
8
C
9
D
10

Slide 16 - Quiz

Oktoberfest is ………..
A
een soort Koningsdag in heel Duitsland
B
een groot volksfeest in München.
C
een carnavalsoptocht in Keulen
D
een schoolfeest

Slide 17 - Quiz

Welke supermarktketens vind je niet in Duitsland?
A
Albert Heijn
B
ALDI
C
Penny
D
Lidl

Slide 18 - Quiz

Welk landnummer moet je intoetsen als je naar Duitsland wilt bellen?
A
0049-
B
0031-
C
0032-
D
0044-

Slide 19 - Quiz

Wat zijn -van boven naar beneden- de kleuren van de Duitse vlag?
A
zwart geel rood
B
rood zwart geel
C
rood geel zwart
D
zwart rood geel

Slide 20 - Quiz

Wat krijg je als je in Duitsland een Frikadelle bestelt?
A
een braadworst met saus
B
een soort gehaktbal
C
een broodje kroket
D
een frikadel met mayo curry en uitjes

Slide 21 - Quiz

Duiters betalen ook sinds 2002 met euros. Wat was daarvoor de munteerheid in Duitsland?
A
Das Deutsche Pfund
B
Die Deutsche Krone
C
Die Deutsche Mark
D
Der Deutsche Franken

Slide 22 - Quiz

Hoe heet deze taart?
A
Aachener Kirschtorte
B
Berliner Kirschtorte
C
Schwarzwälder Kirschtorte
D
Frankfurter Kirschtorte

Slide 23 - Quiz

Welches Lied hörst du?
Laatste vraag
A
Leuchtturm- Nena
B
99 Luftballons- Nena
C
Liebe ist- Nena
D
Atemlos durch die Nacht- Helene Fischer

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Slide