Formuleren 3.1 en 3.2

1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

timer
10:00

Slide 2 - Slide

Doelen
Je kunt de toon van je schrijven aanpassen aan doel en publiek.
Je kunt op een duidelijke manier je boodschap formuleren.

Slide 3 - Slide

Plan
Terugblik;
Uitleg;
Opdrachten;
Uitleg;
Opdrachten;
Afsluiting.

Slide 4 - Slide

Wat heb je vorige week ook alweer geleerd bij Nederlands?

Slide 5 - Open question

Oefenen met zinsbouw bij een frase uit Wettelijke kaders..

Slide 6 - Slide

Wat staat hier?
Als verdachte wordt voordat de vervolging is aangevangen, aangemerkt degene te wiens aanzien uit feiten of omstandigheden een redelijk vermoeden van schuld aan enig strafbaar feit voortvloeit. Daarna wordt als verdachte aangemerkt degene tegen wie de vervolging is gericht.

Slide 7 - Open question

De juiste toon
Doel en publiek;
Informeren - neutraal;
Overtuigen - persoonlijk;
Overhalen - enthousiast;
Formeel - informeel.

Slide 8 - Slide

Opdrachten
Maak opdracht 1 en 2 van Formuleren 3.1.
timer
10:00

Slide 9 - Slide

Duidelijk formuleren
De ander begrijpt precies wat je bedoelt.
Lange/moeilijke woorden.
Vakjargon.
Positief formuleren.
Geen afkortingen.

Slide 10 - Slide

Samengestelde zinnen.
Positief formuleren
Afkortingen
Vakjargon
Een onbevoegd gegeven ambtelijk bevel heft de strafbaarheid niet op, tenzij het door de ondergeschikte te goeder trouw als bevoegd gegeven werd beschouwd en de nakoming daarvan binnen de kring van zijn ondergeschiktheid was gelegen. 
Denk eraan je huiswerk te maken.
Tijdens de visitatie verzoekt u de bekende werknemer J. van Duuren, die met een tas achter op zijn fiets het terrein wil verlaten, met u mee te gaan naar de visitatieruimte. Dhr. van Duuren voldoet aan dit verzoek.
Na de aanhouding door een burger heeft deze de verplichting de aangehouden verdachte onverwijld over te dragen aan een bevoegde opsporingsambtenaar.

Slide 11 - Drag question

Opdrachten
Maak opdracht 1 t/m 5 van Formuleren 3.2.
timer
10:00

Slide 12 - Slide

Hoe zorg je voor de juiste toon?

Slide 13 - Open question

Tips en/of tops?

Slide 14 - Open question