Voortplanting - Tochtigheid en insemineren 4

Voortplanting
Onderwerp: Tochtigheid en insemineren - 4
Docent: Marloes de Rooij
1 / 19
next
Slide 1: Slide
Melkveehouderij - voortplantingMBOStudiejaar 1,2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Voortplanting
Onderwerp: Tochtigheid en insemineren - 4
Docent: Marloes de Rooij

Slide 1 - Slide

Deze les
Herhalen vorige les! 

Lesdoelen: 
Aan het eind van de les weet je hoe het zit met de bevruchting
Aan het eind van de les kun je een onderbouwde mening vormen over het insemineren van pinken 
Aan het eind van de les kun je een onderbouwde mening vormen over het insemineren van koeien

LessonUp code invullen

Slide 2 - Slide

In wat voor geval zou jij een laatste kans embryo plaatsen?

Slide 3 - Open question

Volgende week
Toets in LessonUP

Klas aanmaken!

Slide 4 - Slide

Film bevruchting
Straks een film van (menselijke) bevruchting --> 
Bij de koe gaat het net zo
6 min kijken --> tijdens film 2x vraag




Slide 5 - Slide

2

Slide 6 - Video

00:12
Hoeveel zaadcellen zitten er in het ejaculaat van de stier?
A
5 miljoen
B
20 miljoen
C
5 miljard
D
20 miljard

Slide 7 - Quiz

00:35
Hoeveel zaadcellen zitten er in een KI rietje?
A
5 miljoen
B
20 miljoen
C
5 miljard
D
20 miljard

Slide 8 - Quiz

Wat betekent 'Bevruchting'?

Slide 9 - Open question

Welk dier bevruchten?
Welke koe? 

Welke pink?

Slide 10 - Slide

Opdracht
In tweetallen - 30 minuten
1: Welke criteria zijn er om een pink te insemineren? Welke hanteer jij op jou BPV bedrijf? En waarom die?
2: Casus koe: 4e kalfs koe 40 dagen na afkalven is tochtig.
Opdracht:
Bedenk in tweetallen wat je met deze koe gaat doen.
- Ga je haar insemineren (of laten dekken)?
- Waar hangt dat van af?
- Welke informatie heb je nog meer nodig?
 - Beschrijf ten minste 5 gegevens die je nog wil weten van deze koe om een goed besluit te maken


Slide 11 - Slide

Vul in: welke criteria zijn er om te bepalen of een pink geïnsemineerd kan worden en welke gebruik jij, waarom?

Slide 12 - Open question

Wat voor stier voor je pinken?
Indien eigen stier: kies een stier die geboren is na een korte of normale draagtijd! Indien hij zelf overdragen is, is de kans groter dat hij dit overerft en vaarzen kalven van te zware kalveren

Fokwaarde geboortegemak >104
Vlot afkalven bij vaarzen scheelt een hoop stress!

Slide 13 - Slide

Wat doe je met de koe uit casus 1 en vooral: waarom?

Slide 14 - Open question

Welke gegevens heb je nog meer nodig om te bepalen of je de koe insemineert?

Slide 15 - Open question

NEB
Eitje dat vandaag springt is +- 60 dagen geleden begonnen met groeien!
Eicellen die ontwikkelen tijdens NEB zijn van mindere kwaliteit, mindere levensvatbaarheid! 
Daarom tot +- 60 dagen na einde NEB minder kans op dracht!
Terwijl koe op 40 dagen een heel vitaal eitje kan hebben (=begonnen met groeien tijdens de droogstand!)

Slide 16 - Slide

Kengetallen
1,8 inseminaties per drachtig geworden koe 
1,4 inseminaties per drachtig geworden pink
VWP: 60 dagen gemiddeld
TKT: 407 
NR-56: 68% --> overschatting
Tochtigheidssignalering: 60%

Slide 17 - Slide

De toets
Volgende week maandag 3e uur
Laptop/Ipad meenemen --> OPGELADEN!

Onderwerp: Tochtigheid en insemineren
- Ontwikkelcentrum - voortplanting en vruchtbaarheid koeien - hfdst 1.3-1.4 
- Presentaties (komen op ELO)
- Huiswerkopdrachten --> Antwoordmodel komt op ELO

Open vragen, casusvragen (toelichten!!), meerkeuzevragen, sleepvragen

Slide 18 - Slide

Vragen?

Slide 19 - Slide