This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Leesvaardigheid les 5
Slide 1 - Slide
Fragment uit Match
Voorlezen proloog bladzijde
Slide 2 - Slide
Buddy Tegenbosch auteur en piloot
Buddy Tegenbosch wil meer jongeren aan het lezen krijgen. Boeken bij jongeren door de strot duwen heeft geen enkele zin, merkt schrijver Buddy Tegenbosch uit Eindhoven. Dat werkt alleen maar averechts.
Slide 3 - Slide
Welk(e)doel(en) heeft Buddy met het schrijven van zijn boeken?
Tekstdoel
De schrijver wil
Amuseren
dat je je vermaakt
Informeren
dat je iets te weten komt
Overtuigen
dat je zijn mening overneemt
Activeren
dat je iets wel of niet gaat doen
Slide 4 - Slide
Voor wie heeft de schrijver dit boek geschreven?
Met andere woorden wie is zijn publiek?
Slide 5 - Slide
LeerDOEL
Je kan bepalen voor welk publiek een tekst geschreven is
en aan welke dingen je dat kunt zien.
Slide 6 - Slide
A
Voor kleuters
B
Voor grootouders
C
Voor ouders
D
Pubers
Slide 7 - Quiz
Tekst en publiek
Een schrijver houdt altijd rekening met zijn publiek, want anders bereikt hij zijn doel niet.
Je kunt aan verschillende dingen zien voor welke lezers een tekst bedoeld is:
1. Het onderwerp
2. De bron
3. Het taalgebruik
4. De lay-out
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Waaraan kun je zien dat het voor jonge meiden is geschreven?
A
De lay-out; kleuren, foto's
B
Het onderwerp
C
Taalgebruik
D
Alle drie
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Slide
De vraag staat op de volgende slide.
Slide 12 - Slide
Voor wie zijn de artikelen in het tijdschrift 'Voetbal International' geschreven?
A
Mannen en vrouwen
B
Jongens en meisjes
C
Mannen en vrouwen die interesse hebben in voetbal
D
Iedereen die voetbal interessant vindt.
Slide 13 - Quiz
Waaruit komt tekst 1? Wat is de bron?
A
Cosmopolitan, voor liefhebbers van mode
B
7Days, voor jongeren van 12 tot 18 jaar
C
Reiz&, voor echte reisliefhebbers
D
Noordhollands dagblad, voor lezers van alle leeftijden