LB-WW-Deel 2-H6-Les 3

• Levensbeschouwing
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

gemaakt huiswerk:

leesboek: par.2.2 t/m 3.1, p.100 t/m 105

werkboek: opdr. 8 t/m 17, p.104 t/m 107

😒🙁😐🙂😃

Nou ja.. 

Het kan altijd erger.. Wat vond je van de persconferentie gisteren?

😒🙁😐🙂😃

Het is niet leuk

wèl voor een goed doel! 

Houd vol!

Terugkeer van het leven

Westen: leven is eenmalig 

bv christenen, moslims en joden: het leven is eenmalig geschenk van God. 

Hindoeïsme en boeddhisme: reïncarnatie

Als iemand dood gaat en daarna opnieuw wordt geboren: niet dezelfde persoon, maar de atman wordt opnieuw geboren.

Atman

Onsterfelijke beginsel van het leven, een goddelijke vonk die in alle levende wezens zit. 

De atman heeft geen herinneringen aan een vorig leven. 

Dharma

Mensen hebben ook een wetmatigheid: dharma. Mensen hebben hun plichten en taken. 

bv dharma van een docent = lesgeven.

Je moet je niet verzetten tegen dharma.  De dharma de je hebt is het gevolg van je daden uit je vorig leven: karma.

Karma

Je komt aan goed karma door je dharma te respecteren, je houdt je dus aan je positie die je in de samenleving hebt.

Ook in de 4 fases van je leven heb je plichten:

1. Leertijd, opvoeding, vorming en onderwijs: gehoorzamen, matigheid, seksuele onthouding en anderen helpen.

2. Gezinsleven: genieten van het leven.

3. Kinderen uit huis: dienstbaar maken aan de slv en nadenken over levensvragen.

4. Onthechting: alles opgeven als voorbereiding op de dood. 

De tijd als een lijn

westen: tijd is een lijn, alles wat gebeurt is nieuw. Er gebeuren dingen in het verleden, heden en toekomst. 

Basisschool-middelbare school-vervolgopleiding-baan

Westerse lb: God schiep de aarde (begin) en er komt een einde der tijden (laatste oordeel)

Opgaande lijn: oud is minder goed dan wat nieuw is. In de toekomst zal het beter zijn dan nu. 

Leerdoelen: 

Je kan kan drie belangrijke wegen naar verlossing beschrijven vanuit het perspectief van een hindoe en een boeddhist. 

Hoe?

leesboek: p. 106-107 lezen (VWO: + paragraaf 4)

werkboek: opdr. 18 t/m 22, p.107 t/m 109 (VWO + verdiepingsopdr. 7, p.110)

LVB: 

LVB-Opdracht 3.2: De godenwereld van het hindoeïsme

Beschrijf en illustreer de godenwereld van het Hindoeïsme. Welke van de goden spreekt jou aan, waarom?