les 12

Weer & Klimaat
1 / 34
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Weer & Klimaat

Slide 1 - Slide

Programma
Binnenkomst + absentie (3 min)
Topocheck (5 min)
Introductie (5 min)
Leerdoelen (2 min)
Uitleg + opdrachten (20 min)
Check (10 min)
Aan het werk (10 min)
Afsluiting (5 min)

Slide 2 - Slide

Topocheck

Slide 3 - Slide

Bekijk met je groep de afbeelding.
Bespreek: Wat zie je? Hoe zou dit kunnen komen?
timer
2:00

Slide 4 - Slide

Wat denk je zelf???
Noteer op je wisbordje wat jij denkt. Overleg niet met anderen. Houd je bordje omhoog als de docent het vraagt.

1. Het broeikaseffect wordt door de aarde zelf veroorzaakt -> juist / onjuist.
2. Zonder het broeikaseffect zou het op aarde -18 graden zijn -> juist / onjuist.
3. Waterdamp, koolstofdioxide en methaan zijn broeikasgassen -> juist / onjuist.

4. Klimaatverandering is een 'ver-van-mijn-bed-show', ik heb er niet mee te maken -> juist / onjuist.
5. Ik zelf kan niets doen aan klimaatverandering -> juist / onjuist.

Slide 5 - Slide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je
1. uitleggen wat het verschil is tussen het (natuurlijke) broeikaseffect en het versterkte broeikaseffect;
2. kun je uitleggen hoe het versterkte broeikaseffect veroorzaakt wordt;
3. kun je tenminste twee broeikasgassen noemen;
4. kun je tenminste drie oplossingen bedenken om het versterkte broeikaseffect tegen te gaan.

Slide 6 - Slide

Bekijk de kaart

Slide 7 - Slide

Beantwoord met je groep de volgende vragen: 
1. Waarover gaat de kaart?
2. In welke groep landen is dit het hoogst? (Kies uit: koplopers, volgers, achterblijvers)
3. Welk groot, wereldwijd probleem wordt veroorzaakt door het onderwerp van deze kaart?
4. Bedenk twee gevolgen van het probleem van vraag 3 in Nederland.
5. Bedenk tenminste drie oplossingen voor het probleem van vraag 3.

Bangladesh is een land dat net als Nederland onder de zeespiegel ligt.
Extra: waarom zal het probleem van vraag 3 erger zijn voor een land als Bangladesh dan voor Nederland?
timer
5:00

Slide 8 - Slide

Het natuurlijke broeikaseffect
Zonnestralen kaatsen tegen de aarde aan en vliegen terug de atmosfeer uit.​
Maar een aantal zonnestralen botst op de terugweg tegen broeikasgassen aan. ​
Bekende broeikasgassen zijn waterstof, methaan en CO2.
Die broeikasgassen houden warmte vast, waardoor de aarde verwarmd wordt.​
​Een paar broeikasgassen kunnen dus helemaal geen kwaad. De aarde weet precies hoeveel het er mogen zijn.
Zonder die gassen zou het op aarde -18 graden zijn en zou er dus geen leven mogelijk zijn!

Neem de bordtekening over in je schrift!

Slide 9 - Slide

Broeikaseffect vs. versterkte Broeikaseffect
Broeikaseffect = goed 
Hierdoor blijft de temperatuur op aarde op peil en wordt het niet zo koud als in de ruimte.
Versterkte broeikaseffect = niet goed  
Hierdoor wordt de aarde steeds warmer en dit zorgt voor klimaatverandering.

Slide 10 - Slide

Video
Bekijk de video en beantwoord daarna de volgende vraag:

Hoe werkt het versterkte broeikaseffect?
(Tip: handig om tijdens het kijken aantekeningen te maken!)

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Het versterkte broeikaseffect
Je hebt het filmpje bekeken.

Leg in eigen woorden uit hoe het versterkte broeikaseffect werkt.

Doe dit zo:
-> schrijf dit op je wisbordje en overleg NIET (2 minuten)
-> klaar? Bespreek jullie antwoorden in de groep. Was je iets vergeten?/ klopt er iets niet? Vul je antwoord aan! (3 minuten)
timer
2:00

Slide 13 - Slide

Het Versterkte Broeikaseffect
Het natuurlijke broeikaseffect is iets positiefs.

Maar….​ mensen verbranden oa fossiele brandstoffen...
Daardoor komen er heel veel broeikasgassen bij in de atmosfeer.

Steeds meer zonnestralen kunnen nu niet meer weg.
Hun warmte wordt vastgehouden door de broeikasgassen waardoor de temperatuur op aarde stijgt. 

Er ontstaat een klimaatverandering met grote gevolgen voor planten, dieren en mensen.​

Neem de bordtekening over in je schrift!

Slide 14 - Slide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je
1. uitleggen wat het verschil is tussen het (natuurlijke) broeikaseffect en het versterkte broeikaseffect;
2. kun je uitleggen hoe het versterkte broeikaseffect veroorzaakt wordt;
3. kun je tenminste twee broeikasgassen noemen;
4. kun je tenminste drie oplossingen bedenken om het versterkte broeikaseffect tegen te gaan.

Slide 15 - Slide

Zonder het (natuurlijke) broeikaseffect ...
A
... wordt het heel warm op aarde.
B
... blijft de temperatuur op aarde gelijk.
C
... wordt het op aarde net zo koud als in de ruimte.

Slide 16 - Quiz

Wat is het versterkte broeikaseffect?
A
Toename van hoge concentraties broeikasgassen in de atmosfeer waardoor het warmer wordt.
B
Afname van broeikasgassen rondom de aarde waardoor het kouder wordt.
C
De massale ontbossing waardoor CO2 niet meer wordt opgenomen.
D
Toename van hoge concentraties broeikasgassen in de atmosfeer waardoor het kouder wordt.

Slide 17 - Quiz

Noem twee broeikasgassen.

Slide 18 - Open question

Introductie
Examenvraag

Noteer het juiste antwoord op je wisbordje.

  • Praat niet
  • Zorg dat niemand je antwoord ziet.
  • Draai je bordje pas om als de docent het vraagt.

Slide 19 - Slide

Gevolgen klimaatverandering - Spanje
Temperatuur:
- Het wordt flink warmer in Spanje (meer nog dan in Nederland)
- De uv-straling en kracht van de zon worden sterker (= grotere kans op huidkanker)

Neerslag
- Er valt (nog) veel minder neerslag
- Droge gebieden (= steppe) veranderen in woestijnen (=verwoestijning)
- In grote delen van Spanje wordt de waterbalans negatief (= er valt minder water dan dat er gebruikt wordt en verdampt)

Toerisme en landbouw
- Er is te weinig water voor de toeristen -> oplossing: ecotoerisme
- Er is te weinig water voor de landbouw -> oplossingen: druppelirrigatie (+plastic), geen gewassen verbouwen die veel water gebruiken (zoals rijst voor de paëlla), gewassen verbouwen die goed tegen droogte kunnen (zoals cactussen).


Slide 20 - Slide

Watertekorten in Spanje

Slide 21 - Slide

Waterbesparing in hotels
Waterbesparing in de landbouw

Slide 22 - Slide

Om iets aan klimaatverandering te doen is het klimaatverdrag van Parijs gesloten.
Bespreek in je groep.
a) In welk jaar is het verdrag van Parijs getekend?
b) Wat is het doel van het verdrag van Parijs?
c) Bedenk drie manieren om dit doel te halen. (Dus: wat kunnen we doen?)
d) Er zijn mensen die zeggen dat het doel niet gehaald gaat worden. Daarvoor gebruiken zij de kaart rechts. Leg dit uit.
Ratified = goedgekeurd, maar niet ondertekend.
Signed = goedgekeurd en ondertekend.
Not signed/ withdrawing = niet ondertekend en niet  goedgekeurd

Slide 23 - Slide

Gevolgen klimaatverandering - Verenigde Staten
Temperatuur:
- Het wordt warmer in de VS -> in 2080 is het in het binnenland 5 graden warmer dan nu. Dat leidt ook tot ...
- Meer en hevigere bosbranden (door combinatie warmte en droogte)

Neerslag
- Sterke afname van de neerslag in het zuiden en zuidwesten en meer neerslag in het noorden en noordoosten
- Meer en hevigere bosbranden in het zuiden en zuidwesten (door combinatie warmte en droogte)
- Minder sneeuwval -> dus ook minder water in rivieren, stuwmeren en reservoirs (= opslagplekken voor water)
- Gebieden met een negatieve waterbalans zullen meer water oppompen uit de aquifers die hierdoor op raken.

Landbouw
- Toename van de irrigatielandbouw
- Hoeveelheid landbouwgrond zal afnemen -> de droogtegrens verschuift richting het oosten (= minder intensieve landbouw en meer extensieve landbouw)

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Gevolgen klimaatverandering - Californië
Watertekort
In Californië is de waterbalans negatief -> de landbouw, industrie en huishoudens gebruiken meer water dan dat er is.

Het tekort aan water wordt aangevuld met water uit rivieren (Colorado), stuwmeren (Lake Mead) en de grond (aquifer).
Gevolg: het water op deze plekken raakt ook op.

Oplossingen
- Belasting op water -> water wordt zo duurder
- Verbod op verspilling van water -> boetes
- Klimaatplan -> forse verlaging van de CO2 uitstoot in 2030 (=verschil met de rest van de VS!)


Slide 26 - Slide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je
1. uitleggen wat het verschil is tussen het broeikaseffect en het versterkte broeikaseffect;
2. kun je uitleggen hoe het versterkte broeikaseffect veroorzaakt wordt;
3. kun je tenminste twee broeikasgassen noemen;
4. kun je tenminste drie oplossingen bedenken om het versterkte broeikaseffect tegen te gaan.

Slide 27 - Slide

Aan het werk- groep 1

Wat: 
- werkboek paragraaf 1.3 vraag 1 + 2 + 5 

Hoe: in tweetallen

Hulp: paragraaf 1.3

Tijd: 10 minuten

Klaar: Lees paragraaf 1.7 en noteer 8 dingen uit de tekst die jij belangrijk vindt.
Aan het werk- groep 2

Wat: 
- werkboek paragraaf 1.3 vraag 1de + 2a + 5ab

Hoe: met de groep 

Hulp: paragraaf 1.3 + docent

Tijd: 5.00 min hulp docent + 5.00 minuten zelfstandig werken

Klaar: Lees paragraaf 1.7 en noteer 5 dingen uit de tekst die jij belangrijk vindt.
timer
10:00

Slide 28 - Slide

Afronding
Wat hebben we geleerd?
Hoe hebben we meegedaan?
Huiswerk

Slide 29 - Slide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je
1. uitleggen wat het verschil is tussen het broeikaseffect en het versterkte broeikaseffect;
2. kun je uitleggen hoe het versterkte broeikaseffect veroorzaakt wordt;
3. kun je tenminste twee broeikasgassen noemen;
3. kun je tenminste drie oplossingen bedenken om het versterkte broeikaseffect tegen te gaan.

Slide 30 - Slide

Natuurlijk broeikaseffect
Versterkt broeikaseffect
Teveel 
CO2
gemiddeld 2 graden warmer
Klimaatverandering
Zonder dit is het -18 graden op aarde
Zeespiegelstijging
Natuurlijke verwarming
De zon als motor
De mens als motor

Slide 31 - Drag question

Introductie
Examenvraag: verbinding klimaatverandering en landbouw

Noteer het juiste antwoord op je wisbordje.

  • Praat niet
  • Zorg dat niemand je antwoord ziet.
  • Draai je bordje pas om als de docent het vraagt.

Slide 32 - Slide

Hoe heb ik deze les meegedaan?
😒🙁😐🙂😃

Slide 33 - Poll

Huiswerk
Maken paragraaf 1.3
- Groep 1 vraag 1 + 2 + 5
- Groep 2 vraag 1de + 2a + 5ab

Lezen paragraaf 7

Slide 34 - Slide