V6 - periode 3 - les 2 - woordenschat, woordraadstrategieën en tekst 'le halal'
Vendredi 2 février 2024
Aujourd'hui tu as besoin de :
Startopdracht:
ton cahier
Login op LessonUp en geef antwoord op de startvraag.
Laat jouw telefoon in jouw zakje en zorg dat je de juiste spullen voor je hebt.
un stylo
ton
ordinateur
1 / 11
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6
This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Vendredi 2 février 2024
Aujourd'hui tu as besoin de :
Startopdracht:
ton cahier
Login op LessonUp en geef antwoord op de startvraag.
Laat jouw telefoon in jouw zakje en zorg dat je de juiste spullen voor je hebt.
un stylo
ton
ordinateur
Slide 1 - Slide
Startvraag: De vorige les hebben wij geoefend met woorden die verbanden aangeven (herkennen en toepassen). Waarom zijn deze woorden belangrijk voor jouw eindexamen?
Slide 2 - Open question
Woorden van de les
Koppel de juiste betekenis aan de woorden die deze les centraal staan.
aliments
dû
avec
c'est-à-dire
clair
de
donc
même
partie
riche
savoir
si
van
dat wil zeggen
zelfs
voeding
met
als
duidelijk
deel
weten
rijk
gemoeten
dus
Slide 3 - Drag question
Woorden van de les
Je ziet hier weer dezelfde woorden. Welke woorden zijn... signaalwoorden? ...werkwoorden? Woorden die geen van beiden zijn doe je voor nu in de prullenbak.
signaalwoorden
werkwoorden
aliments
dû
avec
c'est-à-dire
clair
de
donc
même
partie
riche
savoir
si
Slide 4 - Drag question
Denk terug aan de startvraag.
Waarom is het belangrijk voor de vragen en teksten op jouw eindexamen dat je snel en gemakkelijk signaalwoorden herkent?
Slide 5 - Slide
Les buts
Ik kan woorden uit de les in een tekst herkennen en weet welke strategieën ik kan gebruiken als ik een woord niet ken.
Slide 6 - Slide
Woordbetekenissen raden
Woordbetekenissen raden p.88-89
Naar de context kijken helpt als je: - weinig tijd hebt en niet alles op kunt zoeken - het woord niet in het woordenboek kan vinden
herhaling
Slide 7 - Slide
Le halal, du rituel au business
Regarde le texte. Dans le texte tu vois les mots du vocabulaire surligné en vert, bleu, jaune et gris.
Regarde les autres mots (qui ne sont pas surlignés). Sousligne les mots que tu ne connais pas encore. 1) si tu peux savoir le mot en regardant le contexte, barre le mot 2) si tu ne peux pas savoir le mot en regardant le contexte, cherche le mot dans ton dictionnaire et écris-le dans ton cahier.
Slide 8 - Slide
Le halal, du rituel au business
Lis les questions au verso de (aan de andere kant van) la fiche. Essaie premièrement de comprendre les questions. Cherche les mots que tu ne comprends vraiment pas.
Quand tu as compris les questions tu peux chercher les réponses dans le texte.
Slide 9 - Slide
Le halal, du rituel au business
Réponses
1. D
2. twee van de volgende:
− champagne zonder alcohol
− snoepjes zonder varkensgelatine
− vlees van dieren die ritueel geslacht zijn
3. A
4. A
5. 1 = wel, 2 = niet
Slide 10 - Slide
Waar liep je tegenaan bij het maken van deze tekst? Hielp de nadruk op woordenschat jou?