Passive voice

• Engels
• Middelbare school
• mavo, vwo
• Leerjaar 3,4

Active and passive voice

Part I

Wat ga je vandaag leren?

1. Wat is passive en active voice?

2. Hoe maak ik een zin in de passive voice?

Why? Look at this sentence

Active: Someone stole my bike

Active: Someone stole my bike 

Passive: My bike was stolen 

(by someone) 

Don't know who stole it.  

Today's focus 

1. Present simple 
2. Past simple 

Zin van actief naar passief...

Active sentence: Angry penguins | attacked | my sister.

                                      Onderwerp (S)                       lijdend voorwerp (O)

1. Lijdend voorwerp (object) komt vooraan in de zin te staan. 

2. Kijk in welke tijd de zin staat voor het hulpwerkwoord. 
tegenwoordige tijd? Gebruik: am / is / are | verleden tijd? Gebruik: was / were

3. Gebruik het voltooid deelwoord van het hoofdwerkwoord. 

My sister was attacked (by angry penguins)

Applying the steps

Active sentence: Sue  | answered | the anonymous message

                                Onderwerp (S)                       lijdend voorwerp (O)

1. Lijdend voorwerp (object) komt vooraan in de zin te staan. 

 The anonymous message 

2. Kijk in welke tijd de zin staat : answered = verleden tijd/past simple dus gebruik: was / were.  Met  'anonymous message' gebruiken we 'was'  

The anonymous message was

3. Gebruik het voltooid deelwoord/past participle van het hoofdwerkwoord. 

The anonymous message was answered (by Sue)

My sister was attacked (by angry penguins)

Present simple

She writes a letter

1. A letter is written by her
2. A letter are written by her

Zet in de passive voice:
I see the product

1. The product is seen
2. the product are seen

Zet in de passive voice:
He sends emails

Past simple 

A thief stole my bag

1. My bag was stolen
2. My bag is stolen
3. My bag are stolen
4. My bag were stolen

Sue didn’t answer his call

1. His call wasn't answered by Sue
2. His call weren't answered by Sue
3. His call isn't answered by Sue

End of part I

Back to other PP.

Part II active to passive...

Active sentence: Angry penguins | attacked | my sister.

                                      Onderwerp (S)                       lijdend voorwerp (O)

1. Lijdend voorwerp (object) komt vooraan in de zin te staan. 

2. Kijk in welke tijd de zin staat voor het hulpwerkwoord. 
tegenwoordige tijd? Gebruik: am / is / are | verleden tijd? Gebruik: was / were

3. Gebruik het voltooid deelwoord van het hoofdwerkwoord. 

My sister was attacked (by angry penguins)

Zet in de passive voice:
They give a book

Zet in de passive:
He invites me

Zet in de passive voice:
He sends emails

Zet in de passive voice:
Levi Strauss invented the blue jeans.

Zet in de passive voice: We stopped the bus