E. Nachricht - Schreibecke E Jemandem schreiben


das Programm für heute

*  Wiederholen haben & sein
*  20. Autokennzeichen
*  21. Schreibecke E
* 22. Lesen
* 23. Schreiben

1 / 27
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson


das Programm für heute

*  Wiederholen haben & sein
*  20. Autokennzeichen
*  21. Schreibecke E
* 22. Lesen
* 23. Schreiben

Slide 1 - Slide

Waarom zijn de hulpwerkwoorden
haben & sein zo belangrijk?

Slide 2 - Mind map

hebben
haben
ik heb
ich
jij hebt
du
hij/zij/het heeft
er/sie/es
wij hebben
wir
jullie hebben
ihr
zij hebben
sie
u heeft
Sie
habe
hast
hat
haben
habt
haben
haben

Slide 3 - Drag question

zijn
sein
ik ben
ich
jij bent
du
hij/zij/het is
er/sie/es
wij zijn
wir
jullie zijn
ihr
zij zijn
sie
u bent
Sie
bin
bist
ist
sind
seid
sind
sind

Slide 4 - Drag question

Peter (sein) im Moment in Deutschland, ich glaube beim Oktoberfest.
A
bist
B
is
C
ist
D
seid

Slide 5 - Quiz

Ihr (haben) vergessen die Geschenke (cadeau's) mitzunehmen!
A
haben
B
hat
C
habt
D
hast

Slide 6 - Quiz


.... du morgen Zeit (tijd) für mich?
A
Habe
B
Hast
C
Hat
D
Habt

Slide 7 - Quiz

(Zijn) ihr zufrieden mit
euren Sprachaufgabe (taaltaak)
Made in Germany?
A
Bist
B
Sind
C
Sein
D
Seid

Slide 8 - Quiz

Mein Vater (haben)
ein deutsches Auto mit
einem komisches Kennzeichen.
A
hat
B
hast
C
habe
D
habt

Slide 9 - Quiz


Paragraf E - Seite 24 

*  20. Autokennzeichen

*  21. Schreibecke E


Slide 10 - Slide

Seite 24 

*  20. Autokennzeichen

Vertaal:
In Deutschland kannst du am Autokennzeichen erkennen, woher ein Auto kommt.






Slide 11 - Slide

Autokennzeichen
* Het kenteken begint met een      lettercode, die de plaats van      registratie aangeeft
    (= plaats/distict-code).
*  Na de plaatscode >>>
    één of twee letters en
    twee tot vier cijfers.

Deze mag jezelf kiezen!

Slide 12 - Slide

Seite 26 
Voorbeeld:
B    = van Berlin
HB = Hansestad Bremen
M   =  München
Leuk weetje: 
Kenteken hou je voor altijd, tenzij je naar ander district verhuisd.






Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Link

Seite 26 

Opdracht 20:
Kies een stad en maak je eigen kenteken!








Slide 16 - Slide

 Seite 26
Aufgabe 21

Lees eerst de zinnen van de Schreibecke E Jemandem schreiben op pagina 43!

Slide 17 - Slide

43

Slide 18 - Slide

S. 27

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

AH
Nordsee
Tulpen
Lidl
Nimwegen
Wurst
Friesland
König
Aachen = Aken
Bundesländer
Langeoog
Schiermonnikoog
Bundeskanzler
Weihnachtsmarkt
Autobahn
Brot
FC Bayern
Windmühle
Käse
Ajax
Sinterklaas
Provinzen

Slide 23 - Drag question

Klaar? Laten zien voor een sticker!
S. 27

Slide 24 - Slide

Beispiel (voorbeeld)

Hallo / Guten Tag / Liebe(r) / Beste(r),
wie geht es dir? Mir geht es nicht so gut. 
Danke für deine / die E-Mail.
LG



Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Leerdoel bereikt?
Kun je vertrouwde woorden en korte zinsdelen opschrijven?
A
1
B
3
C
2
D
4

Slide 27 - Quiz