De nieuwe staat en zijn buurlanden (1949-1979)

Het conflict tussen Israël en de Arabische wereld



3. De nieuwe staat en zijn buurlanden (1949-1979)
1 / 39
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 3,4

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Introduction

Aan het eind van deze presentatie kun je herkennen en uitleggen wat de gevolgen waren van de Arabisch-Israëlische oorlog van 1948, en welke conflicten er in het gebied ontstonden.

Items in this lesson

Het conflict tussen Israël en de Arabische wereld



3. De nieuwe staat en zijn buurlanden (1949-1979)

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Leerdoel
Aan het eind van deze presentatie kun je herkennen en uitleggen wat de gevolgen waren van de Arabisch-Israëlische oorlog van 1948, en welke conflicten er in het gebied ontstonden.

Slide 3 - Slide

Joodse immigranten... 

  • Tussen 1948 en 1951 verdubbelt de Israëlische bevolking van 650.000 naar 1,3 miljoen mensen (veel overlevenden van de Holocaust)

  • Holocaust heeft de noodzaak van een eigen Joodse staat duidelijk gemaakt

  • Joodse immigranten trekken in leegstaande boerderijen en huizen (van gevluchte Palestijnse Arabieren tijdens de Arabisch-Israëlische Oorlog)

Slide 4 - Slide

...Palestijnse vluchtelingen
  • Na de oorlog van 1948-1949 zijn veel Palestijnse Arabieren gevlucht naar de Westelijke Jordaanoever (toen van: Jordanië) en de Gazastrook (toen van: Egypte)

  • Hopen, tevergeefs, dat Arabische landen hen helpen

  • Het "recht op terugkeer" speelt grote rol in het conflict

Slide 5 - Slide

Suezcrisis, 1956 (1)
  • Korte oorlog tussen Egypte en een bondgenootschap van Engeland, Frankrijk en Israël

  • Sinds 1952 was Egypte een dictatuur onder leiding van kolonel Nasser. Hij wil dat het Suezkanaal van Egypte wordt (nationalisatie)

  • De Britten willen dit niet: het is hun kanaal!

Slide 6 - Slide

Suezcrisis, 1956 (2)
  • Frankrijk en Israël steunen de Britten

  • Voor Israël spelen ook mee:
  1. Grensconflicten met Egypte
  2. In Egypte getrainde strijders plegen aanslagen in Israël
  3. Egypte had de Golf van Akaba geblokkeerd waardoor de Israëlische havenstad Eilat was afgesloten

Slide 7 - Slide

Suezcrisis, 1956 (3)
  • Frankrijk, Engeland en Israël vallen Egypte succesvol aan: Frankrijk en Engeland bezetten het Suezkanaal; Israël bezet de Sinaï-woestijn

  • De Verenigde Naties (VN) grijpen in: Engeland moet het Suezkanaal weer teruggeven. Enorm gezichtsverlies voor de Britten

  • Israël moet van de VN de Sinaï-woestijn verlaten, maar Israëlische schepen kunnen weer varen via de Golf van Akaba

Slide 8 - Slide

Zesdaagse Oorlog, 1967 (1)

  • Korte oorlog in 1967 tussen Israël en zijn buurlanden Egypte, Syrië, Libanon en Jordanië.

  • Oorzaak: in 1967 blokkeert Egypte opnieuw de Golf van Akaba

Slide 9 - Slide

Zesdaagse Oorlog, 1967 (2)

  • Israël vreest een aanval van drie kanten door Egypte, Jordanië en Syrië

  • Israël besluit niet af te wachten en valt zelf aan

Slide 10 - Slide

Zesdaagse Oorlog, 1967 (3)
  • Het sterke en moderne Israëlische leger verplettert in 6 dagen Egypte, Jordanië en Syrië

  • Israël bezet grote stukken land: Sinaï en Gazastrook (van Egypte), Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem (van Jordanië) en de Golan (van Syrië)

Slide 11 - Slide




Geëmotioneerde Israëlische soldaten bij
de Klaagmuur in Oost-Jeruzalem.
Tot de Zesdaagse Oorlog konden
Joden hier niet komen.

Slide 12 - Slide

Geweld als oplossing? (1)
  • De uitkomst van de Zesdaagse Oorlog levert de Palestijnse Arabieren niets op

  • Sterker nog: de gebieden waar naartoe ze in 1948-1949 waren gevlucht, zijn nu bezet door Israël

  • Teleurstelling en frustratie zorgen voor toename nationalisme onder de Palestijnse Arabieren

Slide 13 - Slide

Geweld als oplossing? (2)

  • Palestijnse strijdgroepen gaan samenwerken in de PLO (Palestijnse Bevrijdingsorganisatie), opgericht in 1964, (leider: Yasser Arafat)

  • Doelen: de vernietiging van de staat Israël, verdrijving van de Israëli's en redding van de Palestijnen (eigen Palestijnse staat)

Slide 14 - Slide





Dit kan volgens de PLO alleen 
met geweld worden bereikt: 
aanslagen, gijzelingen en kapingen

Slide 15 - Slide





Olympische Spelen
München, 1972

Slide 16 - Slide

Videofragment: Munich
2005, Steven Spielberg

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

'De winnaar van München"

Slide 19 - Slide

Jom Kipoeroorlog, 1973 (1)

  • Oorlog in 1973 waarbij Egypte en Syrië onverwacht Israël aanvallen

  • Jom Kipoer (Grote Verzoendag) is een Joodse feestdag: veel Israëlische soldaten zijn op verlof

Slide 20 - Slide

Jom Kipoeroorlog, 1973 (2)

  • Met veel moeite, en hulp van de Verenigde Staten, lukt het Israël om de troepen van Syrië en Egypte te verdrijven.

  • Verenigde Naties grijpen, na drie weken, in op het moment dat Israël delen van Syrië en Egypte wil veroveren.

Slide 21 - Slide

Waarom grijpt de VN in?
  • De Koude Oorlog (1945-1991): Israël werd gesteund door de Verenigde Staten en andere westerse landen. De Sovjet-Unie steunde Egypte en Syrië. Oorlog in het Midden-Oosten kon de Koude Oorlog een échte oorlog worden, waarbij mogelijk atoomwapens werden ingezet.

  • Olieboycot (1973): Arabische olielanden steunden Egypte en Syrië door veel minder en veel duurdere aardolie uit te voeren naar westerse landen. Landen die Israël actief ondersteunden, zoals de VS en Nederland, kregen zelfs helemaal geen aardolie meer.

Slide 22 - Slide


Autoloze zondagen
1973




Door de olieboycot stegen de olieprijzen in Europa enorm. 
Met autoloze zondagen wilde de regering op olie (benzine) besparen.

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

"Misschien moeten we toch eens luisteren naar de Arabische landen..."

Slide 25 - Slide

Verandering in denken van Westerse landen
  • Met aardolie hebben Arabische landen een machtig wapen in handen: de economie in Westerse landen heeft door de olieboycot een gevoelige tik gehad

  • Westerse landen worden kritischer richting Israël, vooral als het gaat om de behandeling van de Palestijnen en de Israëlische onwil bij vredesonderhandelingen.

Slide 26 - Slide

Camp David-akkoorden, 1978 (1)
  • Camp David is het buitenverblijf van de president van de Verenigde Staten

  • De Amerikaanse president Carter nodigt de president van Egypte, Sadat, en de minister-president van Israël, Begin, uit om te gaan praten over vrede tussen beide landen (en dus meer rust in het Midden-Oosten)

Slide 27 - Slide

Camp David-akkoorden, 1978 (2)
  • In 1978 komen de landen tot de Camp David-akkoorden:

  • Egypte en Israël erkennen elkaars grenzen

  • Israël geeft de Sinaï terug aan Egypte, en Egypte staat toe dat Israëlische schepen door het Suezkanaal en de Golf van Akaba varen

  • Israël stemt in met een beperkte vorm van zelfbestuur door de Palestijnen in de Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever.

Slide 28 - Slide


Vrede tussen 
Israël en Egypte
1979





Een jaar na de Camp David-akkoorden
wordt de definitieve vrede ondertekend

Slide 29 - Slide

Gevolgen van 
Camp David
  • Sadat en Begin ontvangen de Nobelprijs voor Vrede

  • Arabische landen voelen zich verraden door Egypte: een Joods land erkennen?!

  • Sadat wordt in 1981 door zijn eigen soldaten (moslim-extremisten) vermoord

  • Palestijnen zijn teleurgesteld: beperkt zelfbestuur betekent geen eigen land...

  • ...en het zelfbestuur stelt ook niet veel voor

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Video
Moordaanslag op Sadat

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

Begrippen uit deze les

  • Suezcrisis
  • Zesdaagse Oorlog
  • PLO
  • Jom Kipoeroorlog
  • Bezette gebieden
  •  Camp David-akkoorden

Slide 35 - Slide

Personen uit deze les

  • Yasser Arafat
  • Anwer Sadat
  • Jimmy Carter
  • Menachem Begin

Slide 36 - Slide

Jaartallen uit deze les

  • 1956: Suezcrisis
  • 1967: Zesdaagse Oorlog
  • 1972: Aanslag Olympische Spelen in München
  • 1973: Jom Kipoeroorlog
  • 1973: Olieboycot
  • 1978: Camp David-akkoorden
  • 1979: Vrede tussen Egypte en Israël

Slide 37 - Slide

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 38 - Open question

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 39 - Open question