3M 2.8 Erfelijkheidsonderzoek

1 / 27
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Startopdracht 

Log in in LessonUp, je krijgt zo een aantal vragen. 



  1. Loop rustig het lokaal binnen en praat zachtjes
  2. Ga zitten op je stoel
  3. Oortjes doe je uit
  4. Je jas hang je over je stoel
  5. Pak je chromebook, boek, schrift + pen

timer
2:00

Slide 2 - Slide

Daarna nakijken klassikaal
Wat is een SOA?
A
Seksueel overdraagbare actie
B
Een vorm van griep
C
Seksueel overdraagbare aandoening
D
Een voorbehoedsmiddel

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Nuva-ring
Periodieke onthouding
Anticonceptiepil
Spiraaltje
Condoom
Prikpil
Hormoonpleister
Vrouwencondoom

Slide 4 - Drag question

This item has no instructions

Onbetrouwbare methoden
Beschermd tegen:
SOA's & Zwangerschap
Beschermd tegen:
Zwangerschap & NIET tegen SOA´s
Condoom
De pil
Een spiraaltje
Vrouwen condoom
Coïtus interruptus 
Periodieke onthouding

Slide 5 - Drag question

This item has no instructions

BARRIERE METHODE
HORMONALE METHODE
PERMANENTE METHODE
ONBETROUW-
BARE METHODE
CONDOOM
voorkomt ovulatie
STERILISATIE
voorkomt dat de zaadcel de eicel kan bereiken 
(PRIK)PIL
voorkomt dat de zaadcel de eicel kan bereiken 
NUVARING
SPIRAALTJE
COITUS INTERRUPTUS
PERIODIEKE ONTHOUDING

Slide 6 - Drag question

This item has no instructions

Thema 2 voortplanting
  • 2.1 Voortplantingsstelsel man
  • 2.2 Voortplantingsstelsel vrouw
  • 2.3 Veranderingen in de puberteit (tot menstruatiecyclus)
  • 2.3 Menstruatiecyclus en 2.4 bevruchting 
  • 2.4 Zwangerschap en 2.5 geboorte 
  • 2.6 Veilig vrijen
  • 2.7 Seksualiteit
  • 2.8 Erfelijkheidsonderzoek

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Programma
  • Leerdoelen
  • Uitleg basisstof 8 --> Erfelijkheidsonderzoek
  • Video DNA en prenataal onderzoek --> 3 minuten
  • Opdrachten maken
  • Afsluiting --> Wat heb je geleerd?
                           Wat wil je nog meer weten?
                           Wat heb je nog niet helemaal goed begrepen?

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen 
  • Je kunt situaties noemen waarin het verstandig is genetisch advies in te winnen.
  • Je kunt methoden van prenataal onderzoek beschrijven. 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Chromosomen
  • Bevinden zich in de celkern
  • Ze bestaan o.a uit DNA  = informatie erfelijke eigenschappen
  • Ze komen in paren voor (23 paren bij een mens)

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Chromosomenkaart
  • Alle paren hebben een nummer
  • Paar 23: de geslachtschromosomen
  • XX = meisje
  • XY = jongen

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Man XY                  vrouw   XX
  • Opgerold DNA
  • Komen voor in chromosomenparen (twee dezelfde chromosomen)
  • Mensen hebben 23 chromosomenparen (46 chromosomen)

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Erfelijkheidsonderzoek
Bij erfelijke ziekten in de familie --> 
Het DNA (chromosomen) wordt onderzocht op erfelijke ziekte. 
Drager = als iemand met de informatie voor een ziekte op één chromosoom heeft, maar zelf niet ziek is.
Genetisch advies = Advies na onderzoek erfelijke afwijkingen.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Video

This item has no instructions

Prenataal onderzoek
Prenataal = voor de geboorte.

Soorten onderzoeken:
  • Echoscopie 
  • NIPT (niet-invasieve prenatale test)
  • Vlokkentest 
  • Vruchtwaterpunctie  

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Echoscopie (echo)
De baby wordt zichtbaar doormiddel van geluidsgolven.

  • Ontwikkeling controleren
  • Controleren op afwijkingen
  • Geslacht bepalen 
     (indien mogelijk)

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Beeld bij echoscopie

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

NIPT
NIPT = Niet-invasieve prenatale test
  • Bloedtest (van de moeder)
  • Bevat DNA van de placenta, deze bevat DNA van de baby
  • Onderzoekt chromosomen op afwijkingen

Slide 18 - Slide

Vanaf week 10 van de zwangerschap (2024) In het boek staat week 11. 
Vlokkentest
  • Arts haalt weefsel uit de placenta.
  • Cellen worden onderzocht op afwijkingen van chromosomen. 
  • Geslacht kan worden vastgesteld.
  • Mogelijk vanaf de 8e week v/d zwangerschap.
  • Vergroot kans op een miskraam

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Een vlokkentest kan 
via de vagina of via 
de buik uitgevoerd
worden.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Vruchtwaterpunctie 
  • Vruchtwater wordt opgezogen met een naald. 
  • In vruchtwater zitten cellen van de foetus --> onderzocht op afwijkingen van chromosomen.
  • Geslacht kan worden vastgesteld.
  • Vanaf 16 weken zwangerschap.
  • Vergroot kans op een miskraam.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Vlokkentest en vruchtwaterpunctie
Deze onderzoeken vergroten de kans op een miskraam en worden daarom alleen uitgevoerd als daar een reden voor is. 
Bijvoorbeeld:
  • Na NIPT test, bij uitslag met verhoogde kans op ziekte
  • Als een vrouw al meerdere miskramen heeft gehad
  • Bij erfelijke ziekte in de familie

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk

Lezen 2.8
Maken opdracht 1 t/m 4 
en 6


Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Sleep de woorden op de goede plek!
Echo
Vruchtwaterpunctie
Vlokkentest

Slide 24 - Drag question

This item has no instructions

Schrijf 2 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 25 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 1 ding op waarover je meer wilt weten.

Slide 26 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen. (Dit mag over het hele thema zijn)

Slide 27 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.