Begrijpend lezen bl1wk3l1 groep 6

• Begrijpend lezen
• Basisschool
• Groep 6

voorkennis en achtergrondkennis

Wat doe je voordat je gaat lezen? Denk aan je voorkennis. Er kloppen 2 antwoorden.

1. Ik bedenk wanneer ik de tekst ga lezen.
2. Ik bedenk waarom ik de tekst ga lezen
3. Door de titel en plaatjes te bekijken weet ik waar de tekst over gaat.
4. Door de tekst te lezen weet ik waar de tekst over gaat

Is dit een pleziertekst of weettekst?

Lees het eerste 

vetgedrukte stukje

Deze tekst gaat over....?
Wat weet jij daar al van?

Wat gebeurt er als je veel sport? Er zijn er 2 goed.

1. Je onthoudt dingen beter.
2. Je snapt beter hoe je lijf werkt.
3. Je hebt meer angst en stress.
4. Je hebt minder zelfvertrouwen.

Lees het stukje 'Leerzaam'

Klopte je antwoord bij de vorige vraag?

Heb je nieuwe dingen geleerd? Markeer ze in de tekst.

Welke zin is waar, denk je?

1. Bij teamsporten leer je samenwerken.
2. Bij alle sporten die je samen doet, leer je samenwerken.
3. Een goede trainer helpt je om samen te werken.
4. Alle zinnen hierboven zijn waar.

Lees het stukje 'samenwerken'.

Klopte je antwoord bij de vorige vraag?

Heb je nieuwe dingen geleerd? Markeer ze in de tekst.

Wat zouden scholen kunnen doen, als ouders te weinig geld hebben om kinderen te laten sporten?

Lees het stukje 'sport voor iedereen'.

Heb je nieuwe dingen geleerd? Markeer ze in de tekst.

Weet jij al voor wie de Special KIDS-dag in Breda is bedoeld?

Lees het stukje 'Open dag'.

Klopte je antwoord bij de vorige vraag?