Adjectif qualificatif

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Bijvoeglijk naamwoord

Na deze les..

• Ken je het tabel van de regelmatige vormen van het bijvoeglijk naamwoord
• Ken je de uitzonderingen van de vrouwelijke vorm
• Ken je de bijvoeglijke vormen die helemaal onregelmatig zijn
• Ken je de plaats van het bijvoeglijk nmw (h7)

Noem een voorbeeld van het bijvoeglijk naamwoord in het NL of FR

Het bijvoeglijk nmw (NL)

• Zegt iets over een zelfstandig naamwoord (mens, dier, ding)
• Bijvoorbeeld:
   het witte huis,
  de opgeruimde tafels,
  de zware tas

Bijv nmw. in het Frans

Het bijvoeglijk naamwoord vormen kan op 3 manieren

- Hoofdregel

- Uitzonderingen op de hoofdregel

- Uitzonderingen

Hoofdregel

e

Voorbeelden:

le petit garçon (de kleine jongen)
les petits garçons (de kleine jongens)

la petite fille (het kleine meisje)

les petites filles (de kleine meisjes)

Uitleg

Voorbeelden

Verander van mannelijke vorm naar vrouwelijke vorm ev: vert

Verander van mannelijke vorm naar vrouwelijke vorm ev: grand

Verander van mannelijke vorm naar vrouwelijke vorm ev: bleu

Uitzondering op hoofdregel

d

d

- Bijv nmw eindigt op e? Niet nog een e !

le garçon rouge --> la fille rouge

- Bijv. nmw eindigt op s? Niet nog een s!

le garçon gris --> les garçons gris

Wat is de vrouwelijke vorm (ev) van:
rouge

1. rouge
2. rougee
3. roug
4. rouges

Wat is de mannelijke vorm (mv) van:
gris

1. gris
2. grise
3. grisee
4. griss

Uitzonderingen!

Let op

Als een (regelmatig) bijv naamwoord op een x eindigt volg je dit voorbeeld:

	enk	mv
mannelijk	serieu x	serieu x
vrouwelijk	sérieu se	serieu ses

vrouwelijke vorm van:
beau (mooi)

1. belle
2. beaue
3. beauo
4. bella

vrouwelijke vorm van:
nouveau (nieuw)

1. nouveaue
2. nouveauelle
3. nouveaul
4. nouvelle

vrouwelijke meervouds vorm van
vieux (oud)

1. vielle
2. vieuxs
3. vieilles
4. vieillexs

NIET LEREN VOOR SO 

Alle bijvoeglijk naamwoorden staan na het zelfstandig naamwoord.

Behalve:

Bijv.:

un beau garçon

un garçon sympa

Wat is juist?

1. un grand garçon
2. un garçon grand

Wat is juist?

1. une belle fille
2. une fille belle

Wat is juist?

1. les rouges fleurs
2. les fleurs rouges

Wat heb je geleerd?

Ga nu aan de slag:

exercices: 13+14 van hoofdstuk 5

+

exercices: 13+14 van hoofdstuk 7

Tim est italien

Yara est italienne

canadien

canadienne