1. Ik sta bij de receptie en ik wil mijn elektrische auto opladen. Beschrijf de weg.
2. Vanuit de receptie wil ik naar het zwembad. Hoe kom ik daar?
3. Een gezin wil vanuit de animatie naar de bioscoop. Beschrijf hun de weg.
4. Een groep gasten willen naar het station. Benoem de mogelijkheden.
5. Een stel wil graag fietsen huren en daarmee naar centrum Almelo fietsen. Geef info over huurprijzen en beschrijf de weg naar het centrum.
6. Een gast is benieuwd naar de bezienswaardigheden in Almelo/Twente. Benoem/adviseer een aantal