This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
roken
Welkom
zoek je plek op
pak je spullen
Wordt stil.
Maak opdracht 23 en 24 blz 20
(zs)
Slide 1 - Slide
1.6 Roken
Je weet welke stoffen er in tabaksrook zitten en wat deze stoffen doen.
Je kan vertellen waarom mensen (gaan) roken
Je weet waarom mensen stoppen met roken
Slide 2 - Slide
strottenhoofd
bronchiën
longblaasjes
keelholte
luchtpijp
neusholte
longen
Slide 3 - Drag question
bronchiën
kraakbeenringen
vertakkingen
bronchiën
longblaasjes
Slide 4 - Drag question
Hoe zou je de verbranding van glucose kunnen opschrijven?
->
Glucose
Zuurstof
Energie
Koolstofdioxide
Water
Slide 5 - Drag question
Bij een ademhaling komt er lucht binnen langs verschillende onderdelen van het ademhalingsstelsel.
Wat is de juiste volgorde (1, 2, 3) bij een diepe ademhaling?
Juiste moet hier!
1 bronchiën
2 luchtpijp
3 longblaasjes
1 longblaasjes
2 luchtpijp
3 bronchiën
1 luchtpijp
2 bronchiën
3 longblaasjes
1 luchtpijp
2 longblaasjes
3 bronchiën
1 bronchiën
2 longblaasjes
3 luchtpijp
1 longblaasjes
2 bronchiën
3 luchtpijp
Slide 6 - Drag question
Welke uitleg (zin) hoort bij welk woord?
1. Zitten aan het uiteinde van de (fijne) buisjes in de longen: ......
2. De luchtpijp splitst zich in twee: ......
A
1. bronchiën
2. vertakkingen
B
1. haarvaten
2. longblaasjes
C
1. slijmvliezen
2. haarvaten
D
1. longblaasjes
2. bronchiën
Slide 7 - Quiz
Waarom roken mensen eigenlijk?
Rustgevend gevoel.
Gezelligheid.
Jongeren voelen zich volwassen.
“Stoer" doen.
...
Slide 8 - Slide
Roken: slechte gewoonte...
Longziektes: longkanker en COPD zijn de belangrijkste ziektes.
Hart en vaatziekten
Roken vergroot de kans op meer soorten kanker zoals mondkanker, strottenhoofdkanker, keelkanker, slokdarmkanker, nierkanker, baarmoederhalskanker, leverkanker, blaaskanker, alvleesklierkanker, maagkanker, darmkanker en myeloïde leukemie.
Slide 9 - Slide
Meer dan 4000 giftigestoffen!
Minstens 40 stoffen zijn er kankerverwekkend!
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Video
3 belangrijkste stoffen in een sigaret
1. Teer
2. Nicotine
3 Koolstofmono-oxide
Slide 12 - Slide
1 Teer
Zwart, kleverig stofje, blijft plakken aan het slijmvlies van je longen.
Kan kanker veroorzaken.
Je longen worden er zwart van.
Slide 13 - Slide
2 Nicotine
Verslavende stof in een sigaret:
Verhoging van de hartslag en bloeddruk.
Beschadigd bloedvaten
Slide 14 - Slide
3 Koolstofmono-oxide
Is een gas.
Reukloos en kleurloos.
Zorgt ervoor dat je rode bloedcellen niet zoveel zuurstof kunnen vervoeren. Hierdoor krijgen/hebben rokers een slechtere conditie.
Slide 15 - Slide
Actief roken
Passief roken
Je rookt zelf.
Je bent erbij als iemand rookt.
Je krijgt de schadelijke stoffen die iemand uitblaast ook binnen.
Slide 16 - Slide
Ken jij maatregelen van de overheid tegen roken?
Overheidsmaatregelen tegen roken
Overheidsmaatregelen tegen roken = De dingen de overheid doet om roken lastiger te maken.
Slide 17 - Mind map
huiswerk
wat: opdr 23, 24, 25(26)
waar: blz 20 t/m 21
info: blz 18 t/m 21
lees de teksten voordat je de vragen maakt
Slide 18 - Slide
Maak nu opdracht 23 t/m 26
Werk eerst in stilte voor 10 min.
Overleg daarna (fluisterend) met je buurman/vrouw voor 5 min.
Daarna bespreken we het gezamenlijk
timer
10:00
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Wat zijn de risico's en gevolgen van roken?
A
Longkanker
B
Hartinfarct
C
Blaasontsteking
D
AIDS
Slide 21 - Quiz
Wat denk jij?
Hoeveel giftige stoffen zitten er in sigarettenrook?
A
Ongeveer 40.
B
Meer dan 4.000.
C
Ongeveer 400.
D
Ongeveer 40.000.
Slide 22 - Quiz
Wat denk jij?
Hoeveel van de giftige stoffen zijn kankerverwekkend?
A
Ongeveer 4.
B
Minstens 400.
C
Minstens 40.
D
Minstens 400.
Slide 23 - Quiz
Hoe heet de stof die ervoor zorgt dat er minder zuurstof in je bloed kan worden opgenomen?
A
Teer
B
Koolstofmono-oxide
C
Nicotine
D
Rook
Slide 24 - Quiz
Hoe heet de stof in tabaksrook die verslavend werkt?
A
Teer
B
Koolstofmono-oxide
C
Nicotine
D
Rook
Slide 25 - Quiz
Wat veroorzaakt kanker?
A
Nicotine
B
Koolstofmono-oxide
C
Teer
D
Rook
Slide 26 - Quiz
Wat is geen ontwenningsverschijnsel?
A
Rusteloos zijn
B
Stress hebben.
C
Gelukkig zijn.
D
Snel boos worden.
Slide 27 - Quiz
Actief roken
A
Je rookt zelf.
B
Je rookt mee met anderen.
Slide 28 - Quiz
Wat is geen overheidsmaatregel tegen roken?
A
Docenten moeten buiten de school roken.
B
Sigaretten zijn heel duur.
C
Nare foto's en teksten op pakjes sigaretten.
D
Leerlingen van klas 1 en 2 mogen niet van het schoolplein af om te roken.