V5 par. 19 overtuigen

Welkom v5ta!
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Welkom v5ta!

Slide 1 - Slide

Vooruitblik: lessen deze week
Woensdag 15 mei: reguliere les

Donderdag 16 mei: ingelaste les
Je hoeft niet naar deze les te komen als je donderdag vóór 15.05 uur via SOM je antwoorden van de nulmeting inlevert.
Je kunt er ook voor kiezen om naar deze les te komen en dan de nulmeting te maken. 

Slide 2 - Slide

Programma
  1. Par. 19 Overtuigen
  2. Debat voorbereiden
  3. Afsluiting en vooruitblik

Slide 3 - Slide

In welke van onderstaande tekstsoorten kom je geen mening tegen?
A
activerende tekst
B
informerende tekst
C
betogende tekst
D
beschouwende tekst

Slide 4 - Quiz

Aan welke ​signaalwoorden kun je een mening/standpunt herkennen?

Slide 5 - Mind map

Noteer de mening/ het standpunt

Slide 6 - Open question

Aan welke signaalwoorden kun je argumenten herkennen?

Slide 7 - Mind map

Welk deel van de zin is een mening/standpunt?

Je bent verkouden, je kunt maar beter een paracetamol nemen.
A
Je bent verkouden
B
je kunt maar beter een paracetamol nemen.

Slide 8 - Quiz

Welk deel van de zin is een mening/standpunt?

Het is verstandig om je regenjas mee te nemen, het regent.
A
Het is verstandig om je regenjas mee te nemen
B
het regent.

Slide 9 - Quiz

Welk deel van de zin is een mening/standpunt?

Stilzitten is erg ongezond, dus bij een blokuur zou iedereen tussendoor even een rondje door het lokaal moeten lopen.
A
Stilzitten is erg ongezond
B
dus bij een blokuur zou iedereen tussendoor even een rondje door het lokaal moeten lopen.

Slide 10 - Quiz

Hij is geschikt voor deze baan als docent, want hij heeft al 20 jaar werkervaring. Bovendien werkte hij hiervoor in een soortgelijke functie als coach.
A
argument - standpunt
B
standpunt - argument - argument
C
argument - standpunt - standpunt
D
standpunt - argument - standpunt

Slide 11 - Quiz

Waar of niet waar?

Een schrijver maakt zijn tekst sterker als zijn mening en argumenten feitelijke uitspraken bevatten. ​​
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quiz

Feitelijke uitspraak of niet? 

Energiedrankjes moeten verboden worden, want uit onderzoek blijkt dat energiedrankjes hartritme-stoornissen veroorzaken bij jongeren.
A
feitelijke uitspraak
B
waarderende uitspraak

Slide 13 - Quiz

Feitelijke uitspraak of niet? 

Ik vind die nieuwe roman erg goed. Ik kon me namelijk erg inleven in de hoofdpersoon en de verhaallijn vond ik erg spannend.

A
feitelijke uitspraak
B
waarderende uitspraak

Slide 14 - Quiz

Hij is immers veruit de beste in de debatten.
Ik denk dat Mark Rutte de verkiezingen weer gaat winnen.
standpunt
feitelijk argument
waarderend argument

Slide 15 - Drag question

Je kunt er beter niet aan deelnemen.
De kans is erg klein dat je iets wint bij de Postcodeloterij. 
standpunt
feitelijk argument
waarderend argument

Slide 16 - Drag question

Tegenargument en weerlegging
Standpunt (mening)
Karel: Rijk Hofman zou een eigen straatnaam moeten krijgen in Culemborg. 

Argument (reden)
Karel: Dankzij zijn YouTube-kanaal hoeven jongeren zich namelijk niet te vervelen in tijden van corona. 

Tegenargument (ontkracht iemands standpunt)
Anna: De filmpjes van Rijk Hofman worden in Culemborg amper bekeken.  

Weerlegging (ontkracht iemands (tegen)argument) - op argument
Abdul: Al die jonge kijkers zullen zich vervelen, want zijn filmpjes zijn slaapverwekkend. 

Weerlegging (ontkracht iemands (tegen)argument) - op tegenargument
George: Volgens de laatste cijfers komt 30% van al zijn kijkers uit Parijsch, dat is best veel. 

Slide 17 - Slide

Tegenargument en weerlegging
             Persoon A                      Persoon B                          Persoon A
Standpunt

Rijk Hofman zou een eigen straatnaam moeten krijgen in Culemborg. 
Tegenargument

De filmpjes van Rijk Hofman worden in Culemborg amper bekeken.
Weerlegging

Volgens de laatste cijfers komt 30% van al zijn kijkers uit Parijsch, dat is best veel. 
Argument

Dankzij zijn YouTube-kanaal hoeven jongeren zich namelijk niet te vervelen in tijden van corona. 

Weerlegging

Al die jonge kijkers zullen zich vervelen, want zijn filmpjes zijn slaapverwekkend. 

Slide 18 - Slide

Welke signaalwoorden worden er gebruikt voor een tegenargument en weerlegging? Dezelfde als bij een...
A
tegenstellend verband
B
redengevend verband
C
concluderend verband
D
opsommend verband

Slide 19 - Quiz

Justin: Als je niet van geweld houdt, kun je de film Fury beter niet kijken. Deze film zit bomvol gewelddadige scènes.

Hailey: Zoveel gewelddadige scenes zijn het nou ook weer niet. Slechts in 5 van de 200 minuten wordt er gevochten.


A
Hailey geeft een tegenargument
B
Hailey geeft een weerlegging

Slide 20 - Quiz

Jantje: Volgens mij kun je dit jaar in klas 3 beter blijven zitten. Dan slaag je over 3 jaar op het examen namelijk met veel hogere cijfers.

Pietje: Maar dat kost me een heel jaar!
A
Pietje geeft een tegenargument
B
Pietje geeft een weerlegging

Slide 21 - Quiz

Alexander: Omdat er helemaal geen alcoholische versnaperingen zijn, vind ik Iran geen geschikt vakantieland voor levensgenieters.

Maxima: Als je de juiste kanalen kent, kun je er heus wel bier en wijn kopen.
A
Maxima geeft een tegenargument
B
Maxima geeft een weerlegging

Slide 22 - Quiz

Sonny: Ik vind dat de leeftijdgrens om alcohol te mogen drinken beter weer naar 16 jaar kan. Het verbod wordt toch op grote schaal ontdoken.



Gregory: Alcohol drinken is voor jongeren van 16 extreem schadelijk voor de nog groeiende hersenen. 
Jaydi: Volgens de laatste cijfers houdt 80% van alle zestienjarigen zich netjes aan de regel.
Weerlegging
Tegenargument
Sorelis: Mijn zusje van 16 is het nog niet gelukt om aan alcohol te komen. 

Slide 23 - Drag question

Debat voorbereiden

Je mag de rest van de les gebruiken om je debat voor te bereiden. 

Slide 24 - Slide

Met wie wil je graag in een debatteam?

Slide 25 - Open question

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: woensdag 15 mei
  • Huiswerk: leren par. 19
  • Meenemen: laptop
  • Programma: par. 22 drogredenen

Slide 26 - Slide