Schritt 16 (les 1) - 12-01-21

Deutsch Woche 2
1 / 24
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Deutsch Woche 2

Slide 1 - Slide

Was machen wir heute?
  • Rückblick: Wo sind wir geblieben? Was gemacht?
  • Die Lernziele dieser Woche
  • Vorkenntnisse befragen
  • Lesen: Einleitung (Seite 177)
  • Instruktion
  • Selbständig arbeiten
  • Die Lernziele kontrollieren
  • Abschluss der Stunde 

Slide 2 - Slide

Rückblick: Waar gebleven?
Hoofdstuk 2 Boek:
  • Voorzetsels 3e en 4e naamval
  •  Lernliste Niederländisch-Deutsch Seite 158-159
  • Redemittel 
In de planning:
  • S.O. Hoofdstuk 2
  • PW Hoofdstuk 2

Slide 3 - Slide

Die Lernziele dieser Woche

  • Je kunt de betekenis van belangrijke elementen van een tekst aangeven.
  • Je kent de betekenis van belangrijke, Duitse signaalwoorden.

Slide 4 - Slide

Vorkenntnisse befragen

Signaalwoorden...              Signalwörter...

Was sind das?

Slide 5 - Slide

Wat weet jij over:
"signaalwoorden"?

Slide 6 - Mind map

Signaalwoord
Woord of woordgroep, waarmee een bepaald verband wordt aangegeven tussen alinea's of zinnen.

toelichting, voorbeeld: In het weekend doe ik alleen leuke dingen, zoals gamen en afspreken met vrienden.

tegenstelling: Spruitjes vind ik lekker, maar zuurkool vind ik vies.

Slide 7 - Slide

Welke Duitse signaalwoorden 

ken jij al?

Slide 8 - Slide

Wat betekent: "doch"?
A
hoewel
B
ook
C
toch

Slide 9 - Quiz

Wat betekent: "also"?
A
als ook
B
dus
C
maar

Slide 10 - Quiz

Wat betekent: "weil"?
A
omdat
B
en
C
daarom

Slide 11 - Quiz

Wat betekent het
 
 woord tussen aanhalingstekens 

("..") in de zin?

Slide 12 - Slide

"Wenn" es regnet, bleibe ich zu Hause.

Slide 13 - Open question

Möchten Sie Kaffee "oder" Tee?

Slide 14 - Open question

Wir reisen gern, "zum Beispiel" nach Italien oder Kroatien.

Slide 15 - Open question

Mein Bruder ist heute frei. Sein Lehrer ist "nämlich" krank.

Slide 16 - Open question

Einleitung: Seite 177

Slide 17 - Slide

Instruktion
Was?                                Lesen: 1A
Wie?                                 Selbständig
Hilfe?                               Buch, Seite 177
Zeit?                                 5 Minuten
Fertig?                            Zusammen: 1B
Dann fertig?                 Aufgabe 2, Quiz, 3, Quiz, 4, 5

Slide 18 - Slide

Die Lernziele kontrollieren

  • Je kunt de betekenis van belangrijke elementen van een tekst aangeven.
  • Je kent de betekenis van belangrijke, Duitse signaalwoorden.

Slide 19 - Slide

Wat betekent het
 
 woord tussen aanhalingstekens 

("..") in de zin?

Slide 20 - Slide

Ich habe meine Hausaufgaben nicht gemacht "und" mein Buch vergessen.

Slide 21 - Open question

Ich gehe nach Hause, "weil" ich krank bin.

Slide 22 - Open question

"Obwohl" er krank ist, kommt er zur Schule.

Slide 23 - Open question

Abschluss der Stunde
Hausaufgaben:

Schritt 16: Aufgabe 1, 2, Quiz, 3, Quiz, 4 und 5

Slide 24 - Slide