Je wordt beoordeeld op:
1. aanhef, slotzin, afsluiting
2. grammatica
3. inhoudselementen (heb je alles verteld wat in de opdracht staat?)
4. netheid, indeling in alinea’s
Tips: - Gebruik zoveel mogelijk woorden en uitdrukkingen die je kent
- Gebruik een woordenboek als je een woord niet kent