kader 2024 zevende week Kapitel 3

Buch?
Heft?
Kugelschreiber?
1 / 27
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Buch?
Heft?
Kugelschreiber?

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen deze week
  • Verhaaltje over jezelf schrijven
  • Luistertoets + leestoets

Slide 2 - Slide

Erste Stunde
  • Luistertoetsje
  • Schrijven oefenen
  • Vertel over jezelf: volgende slide
  • Klaar? Slimstampen oefenen
timer
3:00

Slide 3 - Slide

Zweite Stunde

  • Lees en luistertoets voor cijfer

Slide 4 - Slide

Vertaal in het Duits: over jezelf
lk heb een broer.
Ik heb een vader.
Ik heb een zus.
Ik heb een moeder.
Mijn moeder heet ...
Mijn zus heet ...
Mijn vader heet ...
Mijn broer heet ...
Ik woon in Nederland.
Ik ben 14 jaar.
Mijn telefoonnummer is ...

Slide 5 - Slide

Vertaling
Meine Mutter heißt ...
Meine Schwester heißt ...
Mein Vater heißt ...
Mein Bruder heißt ...
Ich wohne in den Niederlanden.
Ich bin vierzehn Jahre alt.
Meine Telefonnummer ist ... .
Ich habe einen Bruder.
Ich habe einen Vater.
Ich habe eine Schwester.
Ich habe eine Mutter.

Slide 6 - Slide

Meine Schule 1
Schule?
Klasse?
drei Fächer?

Slide 7 - Slide

Meine Schule
Ich gehe auf die Hauptschule.
Ich gehe in die achte Klasse.
Ich habe Mathe/ Deutsch/ Englisch/ Biologie/ Niederländisch/ Kunst/Geschichte/ Erdkunde/ Wirtschaft/ Sport

Slide 8 - Slide

Meine Schule  2(vervolg)
Op maandag  Duits.
Op woensdag  gym.
Op vrijdag  Engels.

Mijn lievelingsvak?
(    vak     ) : stom/leuk/makkelijk/moeilijk/saai.

Maak met behulp van de volgende gegevens zinnen:

Slide 9 - Slide

Meine Schule
Am Montag habe ich  Deutsch.
Am Mittwoch habe ich  Sport.
Am Freitag habe ich  Englisch.
.
Mein Lieblingsfach ist ... (Erdkunde, Niederländisch...).
(Biologie) finde ich blöd/ toll/ leicht/ schwierig/ langweilig.


Slide 10 - Slide

Was hast du heute gelernt?

Slide 11 - Slide

Wanneer gebruik je "der"?

Slide 12 - Open question

Wanneer gebruik je "die"?

Slide 13 - Open question

Wanneer gebruik je "das"?

Slide 14 - Open question

Kies der, die of das:
..... Kuh
A
der
B
die
C
das

Slide 15 - Quiz

Kies:
...... Fach
A
der
B
die
C
das

Slide 16 - Quiz

Kies:
... Hahn
A
der
B
die
C
das

Slide 17 - Quiz

... Katze
A
der
B
die
C
das

Slide 18 - Quiz

... Onkel
A
der
B
die
C
das

Slide 19 - Quiz

... Pferd
A
der
B
die
C
das

Slide 20 - Quiz

... Klasse
A
der
B
die
C
das

Slide 21 - Quiz

... Lehrerin
A
der
B
die
C
das

Slide 22 - Quiz

... Haar
A
der
B
die
C
das

Slide 23 - Quiz

... Mädchen
A
der
B
die
C
das

Slide 24 - Quiz

Zweite Stunde

  • Overhoren S. 94 tm wiskunde
  • Vertel over school: volgende slide
  • Maken Sprechen S. 85+: 32, 34, 36
Vertaal de woordjes in het Duits in je schrift

Slide 25 - Slide

die Antworten
schwierig                                      frei haben
der Test                                          toll
die Hauptschule                        gehen
Geschichte       
schreiben
die achte Klasse
Mathe                         

Slide 26 - Slide

Dritte Stunde
  • Elkaar overhoren  S. 96 ND/ S. 97 DN

  • Herhalen  jezelf kort voorstellen, je gezin voorstellen en vertellen over je school
  • Kleine luisteropdracht: antwoorden in je schrift noteren



Wat heb je deze les geleerd?
timer
5:00

Slide 27 - Slide