Benaderingswijzen bij dementie

Dementie en benaderingswijzen
1 / 20
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Dementie en benaderingswijzen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesopzet
  • Doel
  • Fases dementie
  • Validation methode
  • Benaderingswijzen bij dementie 
  • Afronding

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Je kunt de verschillende fasen van dementie benoemen
  • Je kunt benoemen welke benaderingswijze je kunt toepassen bij de verschillende fases van dementie.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Hoe zou jij iemand met dementie benaderen?

Slide 4 - Mind map

This item has no instructions

Fasen van dementie
Fase 1: Bedreigde ik (begeleidingsniveau)
Fase 2: Verdwaalde ik (verzorgingsniveau)
Fase 3: Verborgen ik (verzorgings/verpleegniveau)
Fase 4: Verzonken ik (verpleegniveau)

Slide 5 - Slide

Naomi Fell, grondlegsters van belevingsgerichte benadering.
Bedreigde ik
  • Lichte verwarring. De zorgvrager realiseert zich dat hij wat verward is.  Kan hierdoor somber zijn, zaken verbloemen

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Verdwaalde ik
  • Verwardheid in tijd en lichte geheugenstoornis
  • Kan per dag verschillen hierdoor ook communicatie problemen
  • Praat veel over vroeger
  • Adl zelfstandigheid neemt af

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Verborgen ik
  • Opvallende geheugenstoornissen zowel bij inprenting als het korte termijn geheugen
  • Desoriëntatie, decorumverlies en persoonlijkheidsveranderingen
  • Leeft vaker in het verleden dan in het heden
  • Heeft nauwelijks betrokkenheid bij  de omgeving
  • Afasie, agnosie en apraxie

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Verzonken ik
  • Is geheel onbereikbaar. Herkent zijn eigen familie niet meer
  • Kan niet meer communiceren via taal
  • Reageren lichaam gebonden reageert alleen nog op de prikkels van de zintuigen

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Benaderingswijzen 

Slide 10 - Slide

Ieder persoon--> een  ander benadering
Wat betekenen de afkortingen ROT en ROB?

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

ROT of ROB
ROT: realiteitsoriëntatietraining
ROB: realiteitsoriëntatiebenadering
Ondersteuning in dagelijks zorg ( tijd, plaats en persoon)
Dagstructuur aanbieden
Groepsactiviteiten

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Validation methode
Validation is gericht op cliënten die gedesoriënteerd zijn en niet goed meer kunnen uitdrukken wat zij willen en voelen. De methode is gebaseerd op een empathische houding. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Validation wat te bereiken
- Een gevoel van eigenwaarde houdt of terugvindt
- Minder spanning ervaart en zich dus gelukkiger voelt
- Zo mogelijk vooruitgaat in het communiceren of in activiteiten
- Tevreden terugkijkt op zijn leven

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Communicatie technieken
- Geen waarom vragen stellen
- De feiten samenvatten kort en bondig
- Praten over gevoelens 
- Ja en nee vragen, soms alleen dingen benoemen

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Benaderen bij dementie?
  • Wijze waarop je een persoon met dementie benaderd is anders dan bij mensen zonder dementie.  
  • Zorg voor veiligheid en neem een persoon serieus 
  • Denk aan houding en taalgebruik
  • Sluit aan bij de belevingswereld
  • Zorg voor rustmomenten 

Slide 16 - Slide

Een groot deel van de communicatie met iemand met dementie bestaat uit lichaamstaal of non-verbale communicatie. Je naaste begrijpt je beter als je je woorden ondersteunt met gebaren. 

Wat je beter kunt laten:
corrigeren of tegenspreken; dat confronteert haar met de dingen die ze niet meer weet of kan en geeft haar het gevoel te falen; 
Met een harde stem of heel snel praten. Fluisteren is ook niet fijn, dat maakt haar achterdochtig;
Je naaste testen door vragen te stellen of door haar bijvoorbeeld de namen van de kinderen en de kleinkinderen op te laten noemen;
Je vrolijker voordoen dan je bent. Jouw humeur heeft invloed op je naaste, maar ze zal het niet begrijpen wanneer je vrolijk doet, maar het niet bent. Gebruik je humeur ook als graadmeter om stil te staan bij hoe je het zelf maakt. Trek op tijd aan de bel als je voelt dat je je groot probeert te houden;
Overvragen. Probeer te achterhalen wat je nog wel en wat je niet meer van je naaste mag verwachten.
PDL zorg ( Passiviteiten van het Dagelijks Leven)
  • Doel optimale begeleiding, verzorging of verpleging van 'passieve' patiënten
  • Fase de 'verborgen' en 'verzonken ik'.
  • Zeven aandachtsgebieden: liggen, zitten, hygiëne/wassen, aankleden, verschonen, verplaatsen, voeding
  • PDL score lijst, Zorgzwaarte 
  • Aan sluiten bij de belevingswereld en interesse van de cliënt. Contact maken.
  • Warme zorg en aandacht

Slide 17 - Slide

PDL is voor jong en oud wordt toegepast bij ernstige, chronisch verpleegbehoeftige patiënten waarbij ADL training en zelfstandige verplaatsing niet mogelijk is. een vast onderdeel van moderne dementiezorg. PDL wordt toegepast in verpleeghuizen, zorgcentra, instellingen voor lichamelijk en/of verstandelijk gehandicapten, in de thuiszorg en in de palliatieve zorg.

PDL tips voor het leggen van contact met de cliënt:
Maak oogcontact
Spreek en werk op ooghoogte van de cliënt
Begeleidt met je stem, maar geef geen instructie
Zorg voor een vertrouwde rustgevende omgeving
Vermijd snelle bewegingen en extreme verplaatsingen
Beperk de fysieke handelingen tot een minimum
Raak de cliënt warm en vol positieve intentie aan
Zintuigactivering
Daar zijn we al mee aan de slag gegaan vorige les en daar gaan we morgen ook weer mee verder. (Belevingsbox)

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Opdracht
Maak opdracht:
Module 3 De client als uniek mens 
Opdracht A Zorg bij dementie (blz 41)

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Nog vragen? 

Slide 20 - Slide

This item has no instructions