2M1 - §4.1 "Oorlog in Europa"

2M1 - Donderdag 12 maart
NIEUW
§4.1 "Oorlog in Europa"
1 / 51
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare school

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

Items in this lesson

2M1 - Donderdag 12 maart
NIEUW
§4.1 "Oorlog in Europa"

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide




Franklin Delano Roosevelt
President van de Verenigde Staten
Jozef Stalin
Leider van de Sovjet-Unie
Winston Churchill
Minister-President van Groot-Brittannië
Een foto van de drie belangrijkste leiders tijdens de Tweede wereldoorlog.

Slide 20 - Slide


Conferentie van Jalta
februari 1945

Beelden van dezelfde drie.

Slide 21 - Slide

Bekijk de filmpjes op de volgende twee dia's. 

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Video

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide






17 september 1944
Operatie Market Garden
Bekijk het filmpje op de volgende dia. 

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Video

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide




Einde van de Tweede Wereldoorlog
Bekijk het filmpje op de volgende dia. 

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Video

Herhalingsvragen
Check vragen

Slide 34 - Slide

De Tweede Wereldoorlog had twee bondgenootschappen: de geallieerden en de asmogendheden.
Welk land hoorde bij welke kant? Eentje is al ingevuld.
Asmogendheden
Geallieerden

Slide 35 - Drag question

Welk begrip past het beste bij de afbeelding?
A
Genocide
B
Holocaust
C
Propaganda
D
Antisemitisme

Slide 36 - Quiz

Welk begrip past het beste bij de afbeelding?
A
Antisemitisme
B
Rassenleer
C
Dictatuur
D
Gelijkschakeling

Slide 37 - Quiz

Hoe wordt de overname van Oostenrijk genoemd?
A
Anschluss
B
Conferentie van Munchen
C
Kamikaze
D
D-Day

Slide 38 - Quiz

Maak de goede combinaties
Bombardement van de Duitsers op Rotterdam.

België word veroverd. Frankrijk en Duitsland sluiten een wapenstilstand.
Engeland en Frankrijk verklaren de oorlog aan Duitsland.
Twee jaar voor de Duitse inval in Nederland.
Vier dagen nadat de Duitsers Nederland binnenvielen.
Hiermee begon de Tweede Wereldoorlog.
De Duitsers bezetten Oostenrijk en Tsjechië.
Duitsland veroverd razendsnel de rest van Europa. 

Slide 39 - Drag question

De Tweede Wereldoorlog begon in                  met de Duitse aanval op                      In                       veroverde Duitsland onder andere de landen                              ,
                      en                      Een jaar later, in                     viel Hitler de                          aan. De bondgenoten die tegen Duitsland vochten noemen we de     
België
Frankrijk
Nederland
Polen
Tsjechië
Sovjet-Unie
1939
1940
1941
1942
Geallieerden
As-mogendheden

Slide 40 - Drag question

➤Combineer de onderstaande zinnen met het juiste land, door ze naar de vlaggen op de kaart te slepen.






Land dat werd veroverd tijdens de Blitzkrieg van mei 1940.
Dit land is nooit door de Duitsers veroverd. Dat kwam onder andere doordat de piloten van dit land zo dapper vochten.
De aanval op dit land werd door Duitsland Operatie Barbarossa genoemd.
Hier vielen de geallieerden op 6 juni 1944 aan.

Slide 41 - Drag question

Hieronder staan 4 kaarten van operaties in de Tweede Wereldoorlog. Klik op de kaartjes om ze groter te maken.

Zet ze in de juiste volgorde door de gele vakjes met de cijfertjes op de kaartjes te slepen. De 1 sleep je naar de eerste operatie, de 2 naar de tweede, etc. 
1
2
3
4

Slide 42 - Drag question

Welk land werd aangevallen door Duitsland bij Operatie Barbarossa?
A
De Sovjet Unie
B
Duitsland
C
Frankrijk
D
Engeland

Slide 43 - Quiz

In welk jaar vond Operatie Barbarossa plaats?
A
1941
B
1942
C
1940
D
1943

Slide 44 - Quiz

Welke titel past bij
deze kaart?
A
D-Day
B
Operatie Market Garden
C
Slag om Engeland
D
Spoorwegstaking

Slide 45 - Quiz

Waar staat de naam D-Day voor?
A
Decision-Day
B
Decisive-Day
C
Difficult-Day
D
Dark-Day

Slide 46 - Quiz

Datum D-day
A
6 juni '44
B
6 augustus '44
C
6 juni '45
D
6 augustus '45

Slide 47 - Quiz

Hoe worden deze veroveringen genoemd?
A
Von Schlieffenplan
B
Blitzkrieg
C
Operatie Market Garden
D
Operatie Barbarossa

Slide 48 - Quiz

Operatie Market Garden bestond uit 2 delen: Market en Garden
Wat was MARKET voor een operatie?
A
Een amfibische landing om de bruggen veilig te stellen.
B
Een grondaanval om steden te bevrijden
C
Een luchtlanding om de bruggen veilig te stellen.
D
Een luchtlanding om de steden te bevrijden.

Slide 49 - Quiz

Operatie Market Garden bestond uit 2 delen: Market en Garden
Wat was GARDEN voor een operatie?
A
Een amfibische landing om de bruggen veilig te stellen.
B
Een grondaanval om steden te bevrijden
C
Een luchtlanding om de bruggen veilig te stellen.
D
Een luchtlanding om de steden te bevrijden.

Slide 50 - Quiz

Sleep de veldslagen in de juiste volgorde. 
Aanval op Polen
Inval in Nederland, België en Frankrijk
D-Day
Operatie Barbarossa
Slag om Stalingrad
Berlijn wordt ingenomen door Sovjet-Unie

Slide 51 - Drag question