Vissen printen

Vissen.
1 / 14
next
Slide 1: Slide
plant en dierVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 2

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Vissen.

Slide 1 - Slide

 




Vissen (Pisces) zijn in het water levende gewervelde dieren die in de regel ademhalen met kieuwen. 

De meeste vissen zijn koudbloedig, maar sommige grotere soorten vertonen warmbloedige trekjes. 
Vissen komen over de hele wereld voor. 
Er zijn ruim 32.000 bekende soorten.

Slide 2 - Slide

Soorten vissen



Zoetwatervissen
Zoutwatervissen 
Brakwatervissen

Slide 3 - Slide

Zoetwatervissen.
Komen voor in plassen, beken, rivieren en andere stromen


Forel
Baars
Steur
Karper
Bittervoorn
Goudvis 

Slide 4 - Slide

Zoutwatervissen.
Komen voor in zeeën 


Haring
Markreel
Anemoonvis
Haai
Zeepaardje 
Zeilvis 109 km/u

Slide 5 - Slide

Brakwatervissen.
Komen voor in mangroves en overgangsgebieden tussen zee en rivieren (lichtzout)
Schuttersvis
Zilverbladvis
Kogelvissoorten



Slide 6 - Slide

Zeepaardje 
                                                                                   - Sociaal

                                                                                             - Monogaam

                                                                                                       - Man zwanger!

                                                                                                                    
- Dwergzeepaard is de langzaamste vis van de wereld. Deze zwemt 1,52 meter per uur. 
Zoutwatervis

Slide 7 - Slide

Vinnen en functies
Kieuwdeksels: bedekt de kieuwen

Borstvin: om te sturen

3 Buikvin: sturen en evenwicht

Rugvin: horizontaal houden

5 Aarsvin: horizontaal houden

6 Staartvin: krachtbron, voortstuwen


Slide 8 - Slide

Staartvin
1  Gevorkt: Meestal bij onafgebroken snel zwemmende soorten 
2 Halvemaanvorm: Ook bij onafgebroken  snel zwemmende soorten 
3 Gekarteld: Bij traag zwemmende soorten, die plotseling snel kunnen wegschieten
4  Afgeknot: meestal traag zwemmende soorten, die enkele snelle bewegingen kunnen maken 
5 Gerond: Het meest voorkomend bij heel traag zwemmende soorten 
6  Puntig: Bij sommige traag zwemmende soorten en gekweekte soorten. 


Slide 9 - Slide

Bekvorm

1  Bovenstandige bek: Hiermee kunnen ze hun voedsel van de oppervlakte pakken

2 Eindstandige bek: Deze vissen vinden het voedsel recht voor zich

3 Onderstandige bek: Deze vissen zoeken hun voedsel op/in de bodem. In deze groep vinden we ook veel algeneters


Slide 10 - Slide

Adem halen
Het water stroomt bij de vis in de bek naar binnen. Daar gaat het langs de kieuwen. Hier wordt de zuurstof uit het water gefilterd en komt het in het bloed van de vis terecht. Het zuurstofarme water stroomt darna door de kieuwopeningen weer uit de vis.

Slide 11 - Slide

Huidbedekking
De huid van een vis bestaat uit twee lagen. Namelijk de opperhuid en de dikkere lederhuid. 
In de meeste gevallen is de huid van de vis bedekt met schubben. Deze groeien dakpansgewijs uit de huid en geven de vis bescherming tegen verwondingen. 

Slide 12 - Slide

6 Zintuigen
  •  Zien 
  • Horen 
  • Ruiken 
  • Proeven 
  • Voelen 
Zesde zintuig: Zijlijn orgaan

20 m - kleur - geen oogleden
  Sterk

   Sterk

 Bek, voelspriet
Hiermee kan de vis trillingen en (veranderingen) in stromingen waarnemen. Bijvoorbeeld hindernissen of naderende dieren. 

Slide 13 - Slide

Slapen vissen? 
Vissen hebben geen oogleden en daarom wordt vaak verondersteld dat zij nooit slapen. Echt slapen doen vissen ook niet, maar zij hebben wel degelijk rust nodig. Vissen kunnen urenlang bewegingsloos in het water staan. Sommige zeevissen kruipen in het zand of maken slijmcocons 'slaapzakken' om te slapen. 

Slide 14 - Slide