Voorlezen:“Opa, ik zie dat jouw fiets nog aan de oplader staat.
De batterij is vol. Het is beter dat de stekker eruit gaat.
Dat zegt mama altijd wanneer we onze step opladen.
Als het fout gaat en er komt brand, heb je heel veel schade.
Brand is heet en maakt alles stuk. Dat is niet goed.
Gelukkig is mama een échte brandweermama en weet ze precies wat je doen moet:
Als er een brand ontstaat,
doe je de deuren achter je dicht en zorg je dat je snel naar buiten gaat.
Bel de brandweer met het noodnummer 112.
De brandweer komt blussen. En mijn mama helpt mee.”
Bespreken:
De mama van Anne, Inge en Smokey is een echte brandweermama. Ze heeft al een paar keer een brand moeten blussen omdat het fout is gegaan bij het opladen van een batterij.
Het is natuurlijk veel beter als er géén brand komt. Daarom zegt mama dat de stekker uit het stopcontact moet worden gehaald als een batterij vol is. Dan krijg je niet zo gauw brand.
Maar als er tóch brand is en de rookmelder piept, dan moet je natuurlijk wel weten wat je moet doen.
Lesidee:
Oefen het vluchtplan met de leerlingen in de klas.
- Laat het alarm van de rookmelder horen (activeer het geluidsicoon).
- De kinderen gaan kruipend de klas uit. Ze kruipen zogenaamd onder de rook door.
- De laatste leerling doet de deur achter zich dicht. Nu staan ze veilig 'buiten'.
- Vraag aan de leerlingen welk nummer ze moeten bellen om de brandweer te waarschuwen. (112).